De decompressieondergrens is de grootste diepte waarop decompressie kan
•
plaatsvinden. De decompressie begint wanneer u deze diepte tijdens het opstijgen
passeert.
Het decompressiebereik is het gebied tussen het decompressieplafond en de
•
decompressieondergrens. Binnen dit bereik vindt de decompressie plaats. Houd
er rekening mee dat de decompressie aan of nabij de decompressieondergrens
zeer traag verloopt.
De diepte van het decompressieplafond en decompressieondergrens zijn afhankelijk
van uw duikprofiel. Op het moment dat uw duik in een decompressieduik overgaat,
zal het decompressieplafond tamelijk hoog liggen. Als u langere tijd op diepte blijft,
komt het plafond echter steeds dieper te liggen en neemt de opstijgtijd toe. Op dezelfde
wijze komen de decompressieondergrens en het decompressieplafond tijdens de
decompressie steeds dichter bij elkaar te liggen.
78