ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Zaagblad
Controleer regelmatig:
•
Of er braam zit op de buitenzijden van het zaagblad. Vijl
weg indien nodig.
•
Of de zaagbladgroef abnormaal versleten is. Vervang het
zaagblad indien nodig.
•
Als de zaagbladneus abnormaal of ongelijkmatig
versleten is. Als er een "holte" ontstaat in waar de radius
van de zaagbladneus ophoudt, was de ketting niet
voldoende gestrekt.
•
Voor een zo lang mogelijke levensduur moet het zaagblad
elke dag omgedraaid worden.
WAARSCHUWING! Het grootste gedeelte
!
van de ongevallen met motorkettingzagen
gebeurt wanneer de ketting de gebruiker
raakt.
Draag altijd persoonlijke
veiligheidsuitrusting. Zie instructies in het
hoofdstuk Persoonlijke
veiligheidsuitrusting.
Voer geen taken uit waarvoor u zich niet
voldoende gekwalificeerd acht. Zie
instructies in de hoofdstukken Persoonlijke
veiligheidsuitrusting, Maatregelen om
terugslag te voorkomen, Snijuitrusting en
Algemene werkinstructies.
Voorkom situaties waar risico op terugslag
bestaat. Zie instructies in het hoofdstuk
Veiligheidsuitrusting voor de machine.
Gebruik de aanbevolen snijuitrusting en
controleer de conditie waarin ze zich
bevindt. Zie instructies in het hoofdstuk
Algemene werkinstructies.
Controleer de werking van de
veiligheidsonderdelen van de
motorkettingzaag. Zie instructies in de
hoofdstukken Algemene werkinstructies en
Algemene veiligheidsinstructies.
16 –
Dutch