3. Keer de muis om en controleer de lens.
• Als de lens vuil is, maakt u die voorzichtig schoon met een wattenstaafje.
• Als de lens stoffig is, blaast u het stof voorzichtig weg.
4. Controleer het oppervlak waarop de muis wordt gebruikt. Als er op het oppervlak een zeer complex(e)
afbeelding of patroon aanwezig is, kan de digitale signaalprocessor de wijzigingen in de positie van de
muis wellicht moeilijk volgen.
5. Sluit de muis weer aan op de computer.
6. Zet de computer weer aan.
Beeldscherm
Een stoflaag verergert de problemen die door reflectie worden veroorzaakt. Maak het beeldscherm daarom
van tijd tot tijd schoon.
Een plat beeldscherm schoonmaken
Om het flexibele oppervlak van een flat-panel computer schoon te maken, neemt u het scherm
voorzichtig af met een zachte, droge doek of blaast u de vuildeeltjes eraf. Bevochtig een doekje met een
schoonmaakmiddel voor LCD-schermen en veeg het scherm schoon.
De meeste winkels voor computerbenodigdheden verkopen deze speciale reinigingsvloeistof voor
beeldschermen. Gebruik alleen reinigingsmiddelen die speciaal zijn ontwikkeld voor LCD-schermen.
Bevochtig een niet pluizende, zachte doek met het reinigingsmiddel en maak daarna het LCD-scherm
schoon. Sommige winkels voor computerbenodigdheden verkopen ook vochtige schoonmaakdoekjes voor
LCD-schermen.
Een glazen beeldbuis schoonmaken
Neem het scherm voorzichtig af met een zachte, droge doek of blaas de vuildeeltjes eraf. Gebruik een
zachte doek met een niet-schurende glasreiniger.
Goede onderhoudsprocedures
Door u te houden aan enkele goede onderhoudsprocedures houdt u de prestaties van de computer hoog,
beschermt u uw gegevens en bent u in geval van storingen op het ergste voorbereid.
• Houd uw computersoftware, stuurprogramma's en besturingssysteem up-to-date. Zie 'Uw computer
up-to-date houden ' op pagina 43.
• Leeg de prullenbak regelmatig.
• Wis in uw e-mailprogramma af en toe de mappen voor uw Postvak IN, Verzonden items en Gewiste items.
• Schoon bestanden op en maak ruimte op het opslagstation en in het geheugen vrij om prestatieproblemen
te voorkomen. Zie 'Problemen met de prestaties of vastlopen van de computer' op pagina 56.
• Houd een logboek bij. Noteer daarin bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen van de software of de hardware,
updates van stuurprogramma's, incidentele problemen en wat u hebt gedaan om ze op te lossen, en
andere problemen die u bent tegengekomen. De oorzaak van een probleem kan een wijziging in de
hardware zijn, een wijziging in de software of andere acties die kunnen hebben plaatsgevonden. Met
behulp van een logboek kunt u of een Lenovo-technicus de oorzaak van een probleem opsporen.
• Maak regelmatig een back-up van de gegevens op het opslagstation. U kunt het opslagstation vanaf
een back-up herstellen.
Ga als volgt te werk om een back-up van uw gegevens te maken:
– Windows 7: open het programma Rescue and Recovery. Zie 'Een programma op uw computer
openen' op pagina 12. Raadpleeg het Help-systeem van het programma voor meer informatie over
het maken van een back-up van uw gegevens.
.
Hoofdstuk 6
Problemen voorkomen
45