De instellingen van de labelprinter wijzigen
Tabblad Bluetooth Settings (Bluetooth-instellingen)
• Bluetooth Device Name (Bluetooth apparaatnaam)
De naam van het Bluetooth-apparaat wordt weergegeven.
• Bluetooth Address (Bluetooth-adres)
Het opgehaalde Bluetooth-adres.
• Visible to Other Devices (Zichtbaar voor andere apparaten)
Hier kunt u opgeven of de printer mag worden gedetecteerd door andere Bluetooth-apparaten.
• Auto re-pairing (Automatisch opnieuw koppelen)
Geef aan of er al dan niet automatisch verbinding moet worden gemaakt met een Apple-apparaat (iPad,
iPhone of iPod touch) waarmee eerder verbinding is gemaakt.
• Change PIN code (Pincode wijzigen)
Als u On (Aan) hebt geselecteerd, kunt u hier de pincode opgeven voor het koppelen van apparaten die
geschikt zijn voor Bluetooth 2.0 of ouder.
• Request Secure Simple Pairing (SSP) settings during pairing (Verzoek Secure Simple Pairing
(SSP)-instellingen tijdens koppelen)
Als u dit selectievakje inschakelt, kunnen apparaten die compatibel zijn met Bluetooth 2.1 of hoger worden
gekoppeld met de knoppen op de printer.
Tabblad Wireless LAN (Draadloos LAN)
• WirelessDirect
De functie Wireless Direct in- en uitschakelen.
• SSID/Network Key Generation (SSID/Netwerksleutel genereren)
Selecteer AUTO (Automatisch) of STATIC (Statisch).
• SSID (Network Name) (SSID (Netwerknaam))/Network Key (Netwerksleutel)
Vul de SSID (3 tot 25 ASCII-tekens) en de netwerksleutel in die in de modus Wireless Direct moeten
worden gebruikt.
U kunt alleen een instelling opgeven als u STATIC (statisch) hebt geselecteerd bij SSID/Network Key
Generation (SSID/Netwerksleutel genereren).
• Display current settings (Huidige instellingen weergeven)
Weergave van de huidige instellingen voor Wireless Direct. Klik op Current Settings (Huidige
instellingen) om de weergegeven instellingen bij te werken op basis van de meest recente informatie.
4
4
4
47