5
Steek de plug van de faxkaartinterfacekabel in de connector van de systeemkaart.
6
Plaats de afdekking van de systeemkaart terug en sluit de klep van de systeemkaart.
Kabels aansluiten
Sluit de printer aan op de computer met een USB-kabel of een ethernetkabel.
Zorg dat het volgende overeenkomt:
Zorg dat het USB-symbool op de kabel overeenkomt met het USB-symbool op de printer.
•
Kies de juiste Ethernet-kabel voor de Ethernet-poort.
•
Extra installatieopties voor de printer
43