Als u een contourkaart deelt, wordt alleen de contourkaart
gedeeld. Uw waypoints worden niet gedeeld.
Bij het instellen van uw ActiveCaptain app hebt u mogelijk
ervoor gekozen uw contouren automatisch met de community te
delen. Als dat het geval is, kunt u de volgende stappen
doorlopen om delen in te schakelen.
Selecteer in de ActiveCaptain app op uw mobiele toestel,
Synchroniseren met plotter > Bijdrage leveren aan
gemeenschap.
Als u de volgende keer de ActiveCaptain app met het
ECHOMAP Ultra toestel koppelt, worden uw contourkaarten
automatisch in de community geplaatst.
Via Garmin Connect verbinden met de Garmin
Quickdraw community
1
Ga naar connect.garmin.com.
2
Selecteer Aan de slag > Quickdraw community > Aan de
slag.
3
Als u geen Garmin Connect account hebt, maak er dan een
aan.
4
Aanmelden bij uw Garmin Connect account.
5
Selecteer Dashboard > Maritiem om de Garmin Quickdraw
widget te openen.
TIP: Zorg dat u een geheugenkaart in uw computer hebt om
Garmin Quickdraw Contours kaarten te delen.
Uw Garmin Quickdraw Contours kaarten delen met de
Garmin Quickdraw Community met behulp van Garmin
Connect
U kunt Garmin Quickdraw Contours kaarten die u hebt gemaakt,
delen met anderen in de Garmin Quickdraw Community.
Als u een contourkaart deelt, wordt alleen de contourkaart
gedeeld. Uw waypoints worden niet gedeeld.
1
Plaats een geheugenkaart in de kaartuitsparing.
(Geheugenkaarten plaatsen, pagina
2
Plaats de geheugenkaart in uw computer.
3
Ga naar de Garmin Quickdraw Community
Connect verbinden met de Garmin Quickdraw community,
pagina
12).
4
Selecteer Uw contourkaarten delen.
5
Blader naar de geheugenkaart en selecteer de map Garmin.
6
Open de map Quickdraw en selecteer het bestand met de
naam ContoursLog.svy.
Nadat het bestand is geüpload, kunt u het bestand
ContoursLog.svy van uw geheugenkaart verwijderen om
problemen met toekomstige uploads te voorkomen. Uw
gegevens gaan niet verloren.
Downloaden van Garmin Quickdraw Community kaarten
met Garmin Connect
U kunt Garmin Quickdraw Contours kaarten downloaden die
andere gebruikers hebben gemaakt en gedeeld met de Garmin
Quickdraw Community.
Als uw toestel niet over Wi‑Fi technologie beschikt, kunt u
toegang tot de Garmin Quickdraw Community krijgen via de
Garmin Connect website.
Als uw toestel over Wi‑Fi technologie beschikt, dient u naar de
Garmin Quickdraw Community te gaan via de ActiveCaptain app
(Via ActiveCaptain verbinden met de Garmin Quickdraw
community, pagina
11).
1
Plaats de geheugenkaart in uw computer.
2
Ga naar de Garmin Quickdraw Community
Connect verbinden met de Garmin Quickdraw community,
pagina
12).
3
Selecteer Zoek contourkaarten.
12
1).
(Via Garmin
(Via Garmin
4
Gebruik de kaart- en zoekfuncties om een gebied te vinden
dat u wilt downloaden.
De rode stippen staan voor Garmin Quickdraw Contours
kaarten die gedeeld zijn voor die regio.
5
Selecteer Selecteer een gebied om te downloaden.
6
Sleep de randen van het kader om het gebied te selecteren
dat u wilt downloaden.
7
Selecteer Start download.
8
Sla het bestand op de geheugenkaart op.
TIP: Kijk in de map Downloads als u het bestand niet kunt
vinden. De browser heeft het bestand mogelijk daar
opgeslagen.
9
Verwijder de geheugenkaart uit uw computer.
10
Plaats de geheugenkaart in de kaartuitsparing.
(Geheugenkaarten plaatsen, pagina
De kaartplotter herkent de contourkaarten automatisch. Het
kan enkele minuten duren voordat de kaartplotter de kaarten
heeft geladen.
Garmin Quickdraw Contouren instellingen
Selecteer op een kaart Menu > Quickdraw Contours >
Instellingen.
Correctie tijdens opnemen: Hiermee stelt u de afstand in
tussen de sonardiepte en de opnamediepte van de
contouren. Als het waterniveau is veranderd sinds uw laatste
opname, moet u deze instelling aanpassen zodat de
opnamediepte hetzelfde is voor beide opnamen.
Als u bijvoorbeeld bij de vorige opname een sonardiepte van
3,1 m (10,5 ft.) had en vandaag een sonardiepte van 3,6 m
(12 ft.), dan voert u -0,5 m (-1,5 ft.) in als Correctie tijdens
opnemen.
Weergavecorrectie gebruiker: Hiermee stelt u verschillen in
contourdiepten en dieptelabels op uw eigen contourkaarten
in als compensatie voor wijzigingen in het waterniveau, of
voor dieptefouten in opgenomen kaarten.
Weergavecorrectie community: Hiermee stelt u verschillen in
contourdiepten en dieptelabels op community-contourkaarten
in als compensatie voor wijzigingen in het waterniveau, of
voor dieptefouten in opgenomen kaarten.
Analysekleuren: Hiermee stelt u de kleur van het scherm
Garmin Quickdraw Contours in. Als deze instelling is
ingeschakeld, laten de kleuren de kwaliteit van de opname
zien. Als deze instelling is uitgeschakeld, maken de
contourgebieden gebruik van standaard kaartkleuren.
Groen geeft een goede diepte, een goede GPS-positie en
een snelheid van minder dan 16 km/u (10 mijl/u) aan. Geel
geeft een goede diepte, een goede GPS-positie en een
snelheid tussen 16 en 32 km/u (tussen 10 en 20 mijl/u) aan.
Rood geeft een slechte diepte of GPS-positie en een
snelheid van meer dan 32 km/u (20 mijl/u) aan.
Navigatie met een kaartplotter
WAARSCHUWING
Alle route- en navigatielijnen die op de kaartplotter worden
weergegeven, zijn alleen bedoeld als algemene
routebegeleiding of om de juiste vaarwegen te herkennen, en
zijn niet bedoeld om precies te worden gevolgd. Neem altijd de
navigatiekenmerken en omstandigheden op het water in acht als
u navigeert om te voorkomen dat u aan de grond loopt of er
gevaarlijke situaties optreden, hetgeen kan resulteren in schade
aan het vaartuig, persoonlijk letsel of overlijden.
De functie Auto Guidance is gebaseerd op elektronische
kaartgegevens. De gegevens garanderen niet dat de route vrij is
van obstakels en dat deze diep genoeg is. Let tijdens het volgen
1).
Navigatie met een kaartplotter