Download Print deze pagina

Gira 2356 02 Bedieningshandleiding pagina 2

Advertenties

Montage
Sensoreenheid monteren
i
Zorgvuldig werken!
De sensoreenheid moet exact boven de draai-
schijf worden gepositioneerd. Een verschuiving
van een paar millimeter kan al tot storingen lei-
den. Daarom moeten onderstaande stappen
zeer zorgvuldig worden uitgevoerd.
Voor een juiste montage van de sensoreenheid is
het meegeleverde sjabloon nodig.
Markeringsgaten
Positioneringskruis
1. Maak het venster voor de draaischijf van de
meter met een geschikt reinigingsmiddel
schoon resp. vetvrij.
2. Plaats het sjabloon zo op het venster van de
meter, dat de rode markering van de draai-
schijf recht en in het midden door het positio-
neringskruis van het sjabloon loopt.
3. Teken in deze positie met een geschikte mar-
keringsstift het midden van de vier marke-
ringsgaten af.
4. Plak de sensoreenheid met behulp van de
Powerstrips op de stroommeter. De posities
van de vier op de stroommeter aangebrachte
markeringen moeten overeenkomen met de
vier nokken op de sensoreenheid.
Voorzichtig!
i
Druk het venster niet in.
Oefen bij het opplakken van de sensoreenheid
geen te grote druk uit op het venster van de
meter.
Powerstrips
Nokken
Zendeenheid monteren
1. Sluit de zendeenheid met de verbindingska-
bel aan op de sensoreenheid.
2. Controleer dat het energie- en weerdisplay
regelmatig gegevens van de zendeenheid
ontvangt. Wijzig zonodig de positie van zend-
eenheid of energie- en weerdisplay voor een
stabiele draadloze verbinding.
Voor wandmontage zijn aan de achterzijde twee
sleufgaten aangebracht.
7,9 cm
1. Teken de boorgaten af.
2. Boor de bevestigingsgaten (Ø 5 mm) en
breng de meegeleverde pluggen aan.
3. Draai de meegeleverde schroeven in. Deze
moeten ca. 0,5 cm uitsteken om de zendeen-
heid daaraan op te kunnen hangen.
Aftastgevoeligheid instellen
Omdat de door de diverse energiebedrijven
geplaatste stroommeters mechanisch verschil-
lend zijn, kan het nodig zijn de sensoreenheid op
de draaischijf af te stellen. Daarvoor kan de
aftastgevoeligheid worden ingesteld. Bij een
juiste aftastgevoeligheid wordt elke passage van
de rode markering op de draaischijf door de LED
op de sensoreenheid aangegeven. Wanneer de
markering niet of niet elke keer gedetecteerd,
kan de aftastgevoeligheid als volgt worden aan-
gepast:
1. Schakel een grote verbruiker in met een ver-
mogen van ten minste 3000 W (b.v. een elek-
trische kookplaat) om de draaischijf vol-
doende snel te laten draaien.
2. Druk kort op Mode.
De huidig ingestelde drem-
pel tussen -99% en +99%
wordt weergegeven.
3. Wijzig met  de aftastge-
voeligheid zover, dat de controle-LED op de
sensoreenheid continu brandt.
4. Wijzig met  de aftastgevoeligheid zover, tot
bij elke passage de rode markering correct
wordt gedetecteerd. Noteer de waarde.
5. Wijzig met  de aftastgevoeligheid zover, tot
de LED niet meer gaat branden wanneer de
rode markering van de draaischijf het detec-
tiegebied van de sensoreenheid passeert.
Noteer deze tweede waarde.
6. Stel met  en  de waarde in midden tussen
de beide genoteerde waarden.
Voorbeeld:
Eerste waarde: +20, tweede waarde: +40,
Aftastgevoeligheid: +30
7. Druk op Mode om de waarde op te slaan en
terug te keren naar normaal bedrijf.
Wanneer langer dan 60 seconden niet op een
toets wordt gedrukt, keert het apparaat auto-
matisch terug naar normaal bedrijf. De inge-
stelde aftastgevoeligheid wordt daarbij opge-
slagen.
Meterconstante instellen
Voor een juiste meting moet de op de stroomme-
ter vermelde meterconstante worden ingesteld.
De meterconstante geeft aan hoeveel omwente-
lingen van de draaischijf overeenkomen met een
energieverbruik van 1 kWh. 
De meterconstante staat meestal op de stroom-
meter afgedrukt. Anders kunt u deze waarde
opvragen bij uw energiebedrijf.
1. Houd Mode langer dan 2 seconden inge-
drukt.
Op het display wordt de
huidig ingestelde meter-
constante in /kWh weerge-
geven en de LED van de
zendeenheid brandt.
2. Stel met  en  de gewenste metercon-
stante in. Wanneer de toetsen langer inge-
drukt worden gehouden (langer dan
2 seconden) loopt de waarde sneller omhoog/
omlaag.
3. Druk op Mode om de waarde op te slaan en
terug te keren naar normaal bedrijf.
Wanneer langer dan 60 seconden niet op een
toets wordt gedrukt, keert het apparaat auto-
matisch terug naar normaal bedrijf. De inge-
stelde meterconstante wordt daarbij opgesla-
gen.
Tot 10 minuten na de laatste toetsdruk op de
zendeenheid geeft de LED van de sensoreen-
heid elke gedetecteerde passage van de draai-
schijf aan en geeft de LED van de zendeenheid
elke verzending aan door kort op te lichten.
Gedurende de volgende 3 minuten wordt het
stroomverbruik tussen de laatste twee impul-
sen in W weergegeven.
Daarna vindt geen verdere signalering plaats om
de batterijen te sparen.
Druk kort op een willekeurig toets van de zend-
eenheid om het activeren van de LED's gedu-
rende 10 minuten te activeren.
Zendgedrag en storingen in de verbinding
De zendeenheid zendt met tussenpozen van 
2 – 3 minuten gegevens naar het energie- en
weerdisplay.
Omdat de draadloze signaaloverdracht via een
niet-exclusieve frequentie verloopt, kunnen sto-
ringen niet worden uitgesloten. Lees voor
nadere informatie de bedieningshandleiding van
het energie- en weerdisplay.
Om de synchronisatie handmatig te herstellen,
kan de toewijzing van de zendeenheid vanaf het
energie- en weerdisplay worden gewist en kan
deze opnieuw worden toegewezen zoals
beschreven in de sectie "Zender toewijzen".
Onderhoud en reiniging
Het product is, met uitzondering van het vervan-
gen van de batterijen, onderhoudsvrij. Laat repa-
raties over aan een vakman.
Reinig het product met een schone, droge en
zachte pluisvrije doek.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kan de
doek met lauwwarm water licht worden bevoch-
tigd. Gebruik geen oplosmiddelhoudende reini-
gingsmiddelen. De kunststof behuizing en de
opschriften kunnen daardoor beschadigen.
Aanwijzingen voor afvoer
Verwijder lege batterijen direct en
voer deze milieubewust af. Gooi
batterijen niet bij het huisvuil. Infor-
matie over milieubewuste afvoer
kunt u krijgen bij uw gemeente.
Conform wettelijke voorschriften is
de eindgebruiker verplicht
gebruikte batterijen in te leveren.
Technische gegevens
Voeding:
6 V
4x alkaline 1,5 V 
Batterijen:
(LR06, Mignon, AA)
Geen oplaadbare batterijen gebruiken!
Stroomverbruik:
ca. 140 μA
Aftastgevoeligheid:
-99 tot +99%
Meterconstante 
(instelbaar):
10 tot 2500 /kWh
Zendinterval:
2 tot 3 minuten
(dynamisch)
Zendfrequentie:
868,35 MHz
Bereik in vrij veld:
100 m
Omgevingstemperatuur: 0 tot 50 °C
Afmetingen (b x h x d)
Zendeenheid:
68 x 105 x 30 mm
Sensoreenheid:
40 x 30 x 14 mm
i
Aanwijzing
De fabrikant resp. verkoper van deze stroom-
meetsensor aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor incorrecte waarden en de mogelijke gevol-
gen daarvan.

Advertenties

loading