Waarschuwingsberichten en
-aanduidingen
Op het scherm kunnen de volgende waarschu-
wingen worden weergegeven.
Waarschuwing
Waarschuwing
Batterij bijna leeg. Laad de batterij op of plaats een
i
(rood)
volledig opgeladen reservebatterij.
j
De batterij is leeg. Laad de batterij op of plaats een
(knippert rood)
volledig opgeladen reservebatterij.
De camera is niet in staat scherp te stellen. Gebruik
s
(weergege-
scherpstelvergrendeling om eerst scherp te stellen op
ven in rood met rood
een ander onderwerp dat zich op dezelfde afstand be-
scherpstelkader)
vindt en bepaal pas daarna de compositie van de foto.
Het diafragma
Het onderwerp is te helder of te donker en de foto
of de sluitertijd
wordt over- of onderbelicht. Gebruik de fl itser voor
wordt rood
extra belichting wanneer u foto's neemt van slecht
weergegeven
belichte onderwerpen.
SCHERPSTELFOUT
LENSAANSTURING
Storing van de camera. Schakel de camera uit en weer
DEFECT
SCHAKEL DE
in. Neem contact op met een FUJIFILM-dealer wanneer
CAMERA UIT EN
de melding blijft verschijnen.
SCHAKEL DIE
WEER IN
De sluiter kan alleen worden ontspannen wanneer een
GEEN KAART
geheugenkaart is geplaatst. Plaats een geheugenkaart.
De geheugenkaart is niet geformatteerd of de geheugen-
KAART NIET
kaart werd in een computer of ander apparaat geformat-
GEFORMAT-
teerd: Formatteer de geheugenkaart met behulp van
TEERD!
D
GEBRUIKERSINSTELLINGEN > FORMATTEREN.
Beschrijving
Beschrijving
12
319