3.
Onderhoud en storingzoeken
WAARSCHUWING! Na het uitschakelen van de netspanning blijft
een restspanning gedurende 1 minuut aanwezig. De test- en DIP-
schakelaars mogen alleen worden omgezet nadat de netspanning
is uitgeschakeld.
3.1
Onderhoud
De motor en de besturingseenheid zijn normaal gesproken onderhoudsvrij. Wel
moet regelmatig worden gecontroleerd of de bekabeling intact is en of alle
bevestigingsschroeven stevig vastzitten.
3.2
Doormeten van de motor
Schakel de netspanning uit. Maak de motorkabels los van de besturingseenheid.
Meet de motorweerstand tussen 1–2, 3–4 en 5–6. De weerstand moet zijn:
15M: 30–90 Ohm; 25M: 5–15 Ohm; 35M: 5–15 Ohm
De weerstand mag bij de 15M niet meer afwijken dan 5 Ohm tussen de fases en
niet meer dan 2 Ohm bij de 25M/35M.
Controleer ook de isolatie tussen 1–3, 1–5, 3–5, 1-massa, 3-massa en 5-massa.
3.3
Storing zoeken
Controleer of de installatie correct is uitgevoerd, met name of de kabels goed
zijn geïsoleerd en stevig vastzitten en of de DIP-schakelaars juist zijn ingesteld.
Het aandrijfsysteem kan altijd worden getest met de TEST-schakelaar onder het
deksel bij aansluitklem 37, zie Fig. 4. De schakelaar heeft twee vaste standen: in
de stand "ON" gaat de motor, ongeacht het stuursignaal, op het maximum toe-
rental draaien en in de stand "OFF" wordt het toerental geregeld via het externe
stuursignaal. Als de motor niet op het maximum toerental draait of goed rea-
geert op het stuursignaal, controleer dan DIP-schakelaar 1-3 als ook 7 en 8.
Als de warmtewisselaar in de verkeerde richting draait, dan DIP-schakelaar 6
omzetten.
Resetten, trillingen en geluid, ingebouwde beveiliging etc. worden beschreven in
de hoofdstukken Beschrijving en Installatie en aansluiting. Bij vervanging van
de besturingseenheid dient de gehele controller te worden vervangen.
Emotron AB 01-3333-03r2
Onderhoud en storingzoeken
21