Energie besparen
Plaatsing en on-
derhoud
Temperatuur-
instelling
14
Normaal energieverbruik
Plaats het toestel in een ge-
ventileerde ruimte.
Stel het toestel niet bloot
aan zonnestralen.
Plaats het toestel niet naast
een warmtebron.
Bij een ideale omgevings-
temperatuur van ca. 20 °C.
Dek ventilatieroosters niet af
en maak ze regelmatig stof-
vrij.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel worden minstens 1x
per jaar stofvrij gemaakt.
Diepvrieszone: -18°C
Te hoog energieverbruik
In gesloten, niet geventileer-
de ruimtes.
Direct blootgesteld aan zon-
nestralen.
Naast een warmtebron (ver-
warming, fornuis).
Bij een hoge omgevingstem-
peratuur.
Met ventilatieroosters die
zijn afgedekt of vol zitten
met stof.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel zitten vol met stof.
Bij lage temperatuurinstel-
ling: hoe lager de tempera-
tuur in de koel-, resp. diep-
vrieszone, des te hoger het
energieverbruik.