Een functie selecteren
(het toestel aan/uit zetten)
Zet de functieknop op opnemen, afspelen,
pc-aansluiting of op OFF.
≥Draai langzaam aan de functieknop.
Het inschakelen van de camera
Druk op de vrijgaveknop en zet de
functieknop op
≥Draai de functieknop en houdt tegelijkertijd de
vrijgaveknop A ingedrukt indien u van OFF
naar een andere functie wilt overschakelen.
≥Op lijn brengen met de statusindicator B.
De statusindicator gaat branden en het apparaat
wordt ingeschakeld.
≥De lensdop gaat open in de opnamestand.
≥Wanneer de camera voor het eerst wordt
ingeschakeld, verschijnt een melding met de
vraag tijd en datum in te stellen. Selecteer [JA]
en stel de datum en tijd in. (l 39)
Het uitschakelen van de camera
Zet de functieknop op OFF.
De statusindicator gaat uit en de camera wordt
uitgeschakeld.
≥De lensdop sluit als de functieknop wordt
ingesteld op OFF.
,
of
.
B
A
Opnemen (l 45, 48)
Gebruik deze functie voor het
opnemen van video's op een disc en
foto's op een SD-kaart.
Afspelen (l 69, 73)
Gebruik deze functie voor het
afspelen van video's op een disc en
het weergeven van foto's op een
SD-kaart.
Pc-aansluiting (l 98)
Gebruik deze functie om foto's van
een SD-kaart weer te geven op en te
downloaden naar een computer.
OFF
De camera wordt uitgeschakeld.
≥De functieknop moet voorzichtig worden
gedraaid.
Als de camera voor de eerste keer wordt
uitgeschakeld, wordt een
herkenningsprocedure uitgevoerd ter controle
of er geen problemen zijn met de disc.
Dit duurt ongeveer 25 seconden met
DVD-RAM.
U moet het volgende doen als u de camera
wilt gebruiken zodra deze wordt ingeschakeld.
1) Zet de camera aan.
2) Nadat "DISC LEZEN BEZIG" van het
scherm is verdwenen, schakelt u de
camera uit.
U kunt circa 13 seconden nadat de camera
opnieuw is ingeschakeld beginnen met
opnemen.
≥Dit kan langer duren, afhankelijk van de
staat van de disc.
≥Als de datum en tijd niet zijn ingesteld, duurt
het eveneens langer dan normaal voordat u
kunt beginnen met opnemen.
Instellingen
29
VQT0Z97