A
Het buffergeheugen
De camera is voorzien van een buffergeheugen voor tijdelijke opslag, zodat u kunt blijven
fotograferen terwijl de foto's op de geheugenkaart worden opgeslagen. Er kunnen maximaal
100 foto's na elkaar worden gemaakt. Merk echter op dat de beeldsnelheid afneemt zodra de
buffer vol is.
Terwijl de foto's op de geheugenkaart worden vastgelegd, brandt het toegangslampje van de
geheugenkaart (0 2). Afhankelijk van het aantal afbeeldingen in de buffer, kan het vastleggen
enkele seconden tot enkele minuten duren. Verwijder niet de geheugenkaart en verwijder of
ontkoppel niet de voedingsbron voordat het toegangslampje uit is (0 2). Als de camera wordt
uitgeschakeld terwijl de buffer nog gegevens bevat, wordt de camera pas uitgeschakeld nadat
alle foto's in de buffer zijn opgeslagen. Als de batterij leeg is terwijl de buffer nog foto's bevat,
wordt de ontspanknop uitgeschakeld en worden de foto's overgezet naar de geheugenkaart.
A
Continue ontspanstand
De continue ontspanstand (I) kan niet worden gebruikt in combinatie met de ingebouwde
flitser; draai de standknop naar j (0 13) of schakel de flitser uit (0 34–36).
A
Buffergrootte
Terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, geeft de opnameteller in de
zoeker het geschatte aantal beelden aan dat bij de huidige instellingen
kan worden opgeslagen in het buffergeheugen. De illustratie toont de weergave wanneer de
buffer nog voldoende ruimte heeft voor circa 19 foto's.
A
Het informatiescherm
De ontspanstand kan tevens worden geselecteerd met behulp van de
optie Ontspanstand in het informatiescherm (0 5).
z
26