2 Aan de slag
Deze sectie beschrijft het proces voor het maken van een tekstlabel met minimale opmaak, met
behulp van eenvoudige bewerkingstechnieken, en het afdrukken van het label.
Tekst invoeren
Zorg alvorens tekst in te voeren dat de mediacartridge is geladen en dat het apparaat is ingeschakeld.
De verticale balk op het weergavescherm is de cursor en is het startpunt voor elk label dat u maakt.
Begin met het invoeren van tekst bij de positie van de cursor. De cursor wordt op het scherm
verplaatst tijdens het invoeren van de gegevens. Als u een tweede regel tekst wilt invoeren, drukt u op
[ENTER].
Tekst bewerken
Als u een fout maakt in de tekst of als u de inhoud of de opmaak van het label wilt wijzigen, kunt u de
informatie bewerken alvorens de tekst af te drukken.
Tekst invoegen
Ga als volgt te werk om in een regel tekst verdere tekst in te voegen:
1. Plaats de cursor met de navigatiepijlen bij het punt waar u tekst wilt invoegen.
2. Typ de tekst.
De bestaande tekst rechts van de cursor verschuift naar rechts om ruimte te maken voor de
tekst die wordt ingevoegd. Als het einde van de regel (voor het etiketformaat) is bereikt,
kunnen geen gegevens meer worden ingevoegd. Het foutbericht 'Past niet' wordt
weergegeven wanneer er in de breedte van het label geen plaats voor meer tekst is.
Om de fout te corrigeren verwijdert u deel van de tekst, of u voegt een tekstregel toe of verkleint de
tekengrootte.
M210/M210-LAB gebruikershandleiding
33