Pagina 3
Informatie over ophalen en weggooien van oude apparatuur Dit teken op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische en elektronische producten niet mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval. Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies 2002/96/EC.
• Als het snoer van de adapter beschadigd is of stuk gaat, als er plotseling dan met het gebruik ervan en laat het nakijken door Yamaha-servicepersoneel. geluidsverlies is in het instrument, of als er plotseling een geur of rook uit het instrument komt, moet u het instrument onmiddellijk uitzetten, de stekker uit het stopcontact halen en het instrument na laten kijken door gekwalificeerd...
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvan het over de licenties beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten berusten, vallen, zonder enige beperkingen, alle computersoftware, stijlbestanden, MIDI-bestanden, WAVE-gegevens, bladmuziek en geluidsopnamen.
Welkom Dank u voor de aanschaf van de Yamaha elektronische percussiepad DTX-MULTI 12. Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te maken van dit nieuwe instrument. Bewaar dit document bovendien op een veilige plaats wanneer u dit hebt doorgenomen, zodat u het later zo nodig kunt raadplegen.
Namen en functies van componenten ■ Voorpaneel ≤≤≤≤≤YAMAHA <<DTX-MULTI≤12>> o !0 q Draaiknop VOLUME !0 Knop [SHIFT] Met deze draaiknop wordt het totaalvolume geregeld (het volume Houd deze knop ingedrukt en druk op een andere knop om het bij de OUTPUT-aansluitingen). Draai de knop rechtsom om het instellingengebied te openen of de functie te activeren die volume te verhogen of linksom om dit te verlagen.
Namen en functies van componenten !6 Knop [-/DEC] !7 Knop [+/INC] Met deze knop wordt parameterwaarde die de cursor aanduidt Met deze knop wordt de parameterwaarde die de cursor aanduidt verhoogd of verlaagd. Daarnaast kunt u de geselecteerde waarde verhoogd. Daarnaast kunt u de geselecteerde waarde verhogen verlagen met 10 eenheden door de knop [SHIFT] ingedrukt te met 10 eenheden door de knop [SHIFT] ingedrukt te houden en houden en op de knop [-/DEC] te drukken of door de knop [/DEC]...
Configuratie Gebruiken met akoestische drums Luidsprekers en/of een hoofdtelefoon aansluiten Als u de DTX-MULTI 12 wilt gebruiken in combinatie met een akoestische drumset, kunt u een MAT1-bevestigingsmodule De DTX-MULTI 12 beschikt niet over ingebouwde luidsprekers. (afzonderlijk verkocht) bevestigen aan de onderkant van de Als u geluid van het instrument wilt horen, moet u een eenheid, zodat deze aan een tomsteun of standaard kan worden hoofdtelefoon of een externe versterker en luidsprekers...
Voordat u een USB-apparaat voor gebruik met dit instrument aanschaft, kunt u daarom het beste uw Yamaha-dealer of een geautoriseerde Yamaha-distributeur (zie het overzicht achter in de gebruikershandleiding) raadplegen of de volgende ≥≥≥≥≥YAMAHA...
Configuratie ■ ● Schrijfbeveiliging De DTX-MULTI 12 besturen vanaf een Bepaalde typen USB-geheugenapparaten zijn mogelijk tegen ander MIDI-apparaat schrijven beveiligd om te voorkomen dat data ongewild worden Gebruik een MIDI-kabel om de MIDI IN-aansluiting van de verwijderd. Als uw USB-geheugenapparaat belangrijke data DTX-MULTI 12 aan te sluiten op de MIDI OUT-aansluiting van bevat, raden wij u aan om schrijfbeveiliging te gebruiken om te het besturende apparaat.
Raadpleeg de handleiding bij het installatieprogramma van het stuurprogramma voor instructies bij de installatie. Als in ■ de handleiding wordt vermeld dat u het Yamaha-product moet DTX-MULTI 12-speldata opnemen met aansluiten op de computer, doet u dit zoals hieronder wordt een DAW-toepassing uiteengezet.
Configuratie ● Voor de meeste DAW-toepassingen kan MIDI Thru worden De parameters voor de DAW-toepassing instellen ingeschakeld, en derhalve kunt u het systeem zoals hieronder Schakel MIDI Thru in de DAW-toepassing in. Met deze instelling toegelicht instellen, waarbij lokale besturing van de DTX-MULTI zorgt u ervoor dat wanneer speldata worden opgenomen op een 12 is uitgeschakeld, en waarbij de DAW-toepassing speldata track in de toepassing, deze eveneens naar het externe MIDI-...
Knopfuncties in de modus Cubase Sla het gecomprimeerde bestand op een gemakkelijk te Remote vinden locatie op en pak het bestand uit. http://dtxdrums.yamaha.com OPMERKING • Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het pakket dat u hebt gedownload OPMERKING voor meer informatie over het gebruik van de modus Cubase Remote.
Geluiden produceren met de pads Om u zo snel mogelijk plezier te laten beleven van uw DTX-MULTI 12, leggen we in deze sectie allereerst de basismethode uit om de pads met (afzonderlijk verkochte) drumsticks te bespelen, waarna we toelichten hoe u verschillende kits kunt selecteren (of: verzamelingen padgeluiden).
Geluiden produceren met de pads Een voorgeprogrammeerde kit U kunt de padgevoeligheid aanpassen, zodat u de pads met de hand kunt bespelen (zie pagina 19). selecteren De term 'kit' wordt gebruikt om te verwijzen naar een verzameling geluiden (voorgeprogrammeerde voices, golven en patronen) die worden geproduceerd als u een van de pads raakt, en bij de DTX-MULTI 12 wordt een indrukwekkende hoeveelheid speciaal samengestelde, voorgeprogrammeerde kits...
Geluiden produceren met de pads Voorgeprogrammeerde voices Tik op pad 4 om deze te selecteren en om het weergegeven padnummer te wijzigen toewijzen aan pads -º¢- U kunt echter ook de knipperende cursor naar het In het volgende eenvoudige voorbeeld maken we een padnummer verplaatsen, en het vervolgens gebruikerskit door een van de geluiden te vervangen die zijn -º¡-...
Pagina 19
Geluiden produceren met de pads ■ Lagen Druk op de knop [STORE] en sla de bewerkte kit op als gebruikerskit. Met behulp van de laagfunctie kunt u een aantal verschillende Selecteer zoals hier wordt weergegeven de lege voices toewijzen aan één pad of externe regelaar. U kunt gebruikerskit U001 (gebruik indien nodig de knoppen maximaal vier lagen (A tot en met D) per pad instellen, wat [-/DEC] en [+/INC]), en druk op de knop [ENTER].
Luisteren naar patronen Op uw DTX-MULTI 12 is vooraf een groot aantal melodische en ritmische frasen geladen in de vorm van voorgeprogrammeerde patronen. De eerste drie voorgeprogrammeerde patronen (eP001 t/m eP003) zijn speciaal geconfigureerd voor weergave van het rijke spectrum aan geluid dat de DTX-MULTI 12 kan produceren.
Eigen patronen maken Met de DTX-MULTI 12 kunt u ook gebruikerspatronen maken door uw eigen spel op te nemen. Net als met voorgeprogrammeerde patronen kunt u deze gebruikerspatronen vrij toewijzen aan pads en afspelen. Uw spel als patroon opnemen Houd de knop [SHIFT] ingedrukt en druk op [PTN] om de modus Record te activeren.
Pagina 22
Eigen patronen maken Druk op de knop [PTN] om het opnemen Druk op de knop [KIT] om het KIT- te starten. instellingengebied te openen. De DTX-MULTI 12 geeft een inleiding in twee maten. Speel het patroon dat u wilt opnemen KIT1 vervolgens in de maat van de clicktrack.
Data opslaan op een USB-geheugenapparaat De data die u hebt gemaakt, zoals gebruikerskits en -patronen, kunt u gemakkelijk opslaan als gecombineerde bestanden op een USB-geheugenapparaat. In het volgende voorbeeld maken we één bestand met alle data die zijn gemaakt of gewijzigd in de verschillende instellingengebieden van de DTX-MULTI 12 op een dergelijk apparaat.
Pagina 24
Data opslaan op een USB-geheugenapparaat Druk nogmaals op de knop [ENTER] om verder te gaan. Als er al een bestand met dezelfde naam bestaat op het USB-geheugenapparaat, wordt u gevraagd of u dat bestand wilt overschrijven. Als het betreffende bestand overbodig is en kan worden overschreven, drukt u op de knop [ENTER].
Audiobestanden importeren WAV- en AIFF-audiobestanden op uw computer en andere media kunnen worden geïmporteerd op de DTX- MULTI 12 via USB-geheugenapparaten. Deze voices worden 'waves' genoemd en kunnen vervolgens worden toegewezen aan pads en worden afgespeeld op dezelfde manier als andere voorgeprogrammeerde voices. OPMERKING •...
Pagina 26
Audiobestanden importeren OPMERKING Sla op de pad waaraan de golf is • Als u PadAssign instelt op 'off', wordt de geïmporteerde golf toegewezen als u de geïmporteerde golf aan geen enkele pad toegewezen. wilt afspelen. • Geïmporteerde AIF- en WAV-audiobestanden worden als golf opgeslagen of, in andere woorden, als een van de drie typen DTX-MULTI 12-voices.
Referentie Intern ontwerp In deze referentiesectie vindt u een beschrijving van wat plaatsvindt in de DTX MULTI 12 tussen het moment dat een pad wordt geraakt en de uitvoer van een geluid uit de luidsprekers. Als u begrijpt hoe de signaalstromen werken en intern worden verwerkt, kunt u de krachtige functies van dit veelzijdige instrument maximaal benutten.
Intern ontwerp Pads en triggersignalen Hoewel PAD N/O- en PAD P/Q-aansluitingen elk over slechts een ingang beschikken, kunt u deze gebruiken om de mono-uitgang aan te sluiten van een padpaar. Op deze manier U bespeelt de DTX MULTI 12 door een van de twaalf kan elke uitgang twee verschillende triggersignalen verwerken.
Pagina 29
Intern ontwerp ■ FOOT SW-aansluiting • Selecteer het volgende op de pagina Pad Function √¤‘’ (UTIL4-1) en stel Func in op 'off'. (Zie pagina 88.) De voetschakelaar-aansluiting wordt gebruikt voor het • Open de pagina Select Voice (VCE1) en kies een aansluiten van een optionele hi-hatregelaar (FC4 of FC5 voorgeprogrammeerde voice, golf of een enz.), een hi-hatregelaar (HH65 enz.) of voetregelaar (FC7)
Pagina 30
U kunt ondersteuning voor optionele pads en drumtriggers. triggerinstellingen ook aanpassen om ervoor te zorgen dat http://dtxdrums.yamaha.com de triggersignalen van externe pads en regelaars op de best mogelijke manier worden verwerkt. Op de DTX MULTI 12 zijn standaard vijf...
Intern ontwerp ■ Patronen Geluiden die door de pad worden De DTX MULTI 12 kan ook ritmische of melodische geproduceerd frasen afspelen, die 'patronen' worden genoemd. Elk patroon kan verschillende maten lang zijn en kan het geluid Als de interne toongenerator een triggersignaal ontvangt van het spel op een groot aantal verschillende instrumenten reproduceren.
Intern ontwerp Kitsamenstelling Indeling van voicelagen Als pad 1 wordt geraakt, worden lagen A De term 'kit' wordt gebruikt om te verwijzen naar een tot en met D gelijktijdig afgespeeld. collectie voorgeprogrammeerde voices, patronen en golven Laag A die zijn toegewezen aan de ingebouwde pads (1 t/m 12) van VCE1 -º¡- ç...
Pagina 33
Intern ontwerp ● Een voice rechtstreeks toewijzen aan een pad Voorbeeld: Werken met voorgeprogrammeerde kit 1 Om een voice rechtstreeks toe te wijzen aan een pad, moet u eerst de in te stellen pad selecteren en vervolgens de KIT-instellingengebied vereiste voice, golf of het vereiste patroon. Instellingen die zijn vastgelegd in KIT1 het KIT-instellingengebied...
Pagina 34
Intern ontwerp C ] om naar de pagina MIDI Note ● MIDI-nootnummers opgeven en hieraan voices Druk op de knop [C toewijzen (MIDI1-2) te gaan. De tweede methode voor het configureren van een pad omhelst het instellen van een of meer MIDI-nootnummers MIDI1-2≥-º¡-≥≥≥ç...
Pagina 35
Intern ontwerp Druk op de knop [VOICE], ga naar de pagina Select Als u uw DTX MULTI 12 op deze manier configureert en u Voice (VCE1) en stel 'Cy013:Thin16Eg' net als hierboven op de ingebouwde pad 1 tikt, worden twee MIDI-tonen met is omschreven in op de voice die moet worden MIDI-nootnummers 38 (D1) en 40 (E1) tegelijkertijd naar afgespeeld voor MIDI-noten met MIDI-nootnummer 40...
Intern ontwerp Effecten ● Reverb Reverbeffecten voegen een warme ruimtelijkheid aan geluid De effectprocessor die is ingebouwd in de DTX MULTI 12 toe door de complexe reflecties te simuleren van past speciale audio-effecten toe op de uitvoer van de daadwerkelijke speelomgevingen zoals een concertzaal of toongenerator, om het geluid te wijzigen en verbeteren op een kleine club.
Pagina 37
Intern ontwerp ■ Effecten en effectcategorieën ● Flanger & Phaser Een flanger genereert een kolkend, metalig geluid, De verschillende afzonderlijke effecten in de vergelijkbaar met het geluid van een straalvliegtuig. effecteenheden van dit instrument zijn onderverdeeld in Hoewel dit effect gebruikmaakt van dezelfde een aantal categorieën.
Pagina 38
Emulatie van de akoestiek van een toonhoogteverschuiving. zaal met behulp van een algoritme ✓ ✓ SPX Hall afgeleid van de klassieke Yamaha SPX1000 Digital Multi-Effects Processor. ● Tremolo & Rotary Emulatie van de akoestiek van een Tremolo-effecten worden gekenmerkt door de manier kamer met behulp van een ✓...
Pagina 39
Intern ontwerp ● Delay ● Parameters met identieke namen Bij vertragingseffecten wordt een vertraagde versie OPMERKING gegenereerd van het ingangssignaal, dat op deze manier • Bepaalde effecten beschikken over parameters met identieke namen, die echter verschillende functies vervullen. In de volgende tabel wordt kan worden gebruikt voor allerlei doeleinden, zoals het de functie van dergelijke parameters afzonderlijk beschreven, en worden toevoegen van ruimtelijkheid en volheid aan het geluid.
Pagina 40
Intern ontwerp Parameter Parameter Beschrijvingen Beschrijvingen naam naam Met deze parameter wordt het vertragingsvolume ingesteld Met deze parameter wordt de vertragingstijd ingesteld voor DlyLvlC FBTimeL voor het middenkanaal. de linkerfeedbackvertraging. Met deze parameter wordt de mixniveau ingesteld voor het Met deze parameter wordt de vertragingstijd ingesteld voor DlyMix FBTimeR vertraagde geluid.
Pagina 41
Intern ontwerp Parameter Parameter Beschrijvingen Beschrijvingen naam naam [TempoFlanger, G Chorus, 2 Modulator, SPX Chorus, Met deze parameter de wijze waarop het geluid wordt OverDr Symphonic en Tremolo] vervormd aangepast. Met deze parameter wordt de modulatiefrequentie Met deze parameter wordt de eerste positie voor stereo- ingesteld.
Intern ontwerp ● Instellingen van het UTILITY-gebied Intern geheugen De parameterinstellingen die u hebt geconfigureerd in het instellingengebied UTILITY kunt u ook opslaan in het Door de gebruikerskits, gebruikerspatronen en golven die interne geheugen van de DTX MULTI 12. Hierdoor kunt u hebt gemaakt en bewerkt in het interne geheugen van de u ze onmiddellijk oproepen wanneer het instrument wordt DTX MULTI 12 op te slaan, kunt u ervoor zorgen dat deze...
Pagina 43
Intern ontwerp ■ Samenstelling van het interne geheugen In het volgende diagram ziet u de onderlinge verhouding tussen de verschillende functies die kunnen worden gebruikt bij het maken van data op de DTX MULTI 12, de data in het interne geheugen van het instrument en de data op een USB-geheugenapparaat.
Basisbediening ■ Navigeren tussen secties In de volgende sectie wordt beschreven hoe u basistaken kunt uitvoeren, zoals het wijzigen van Elk instellingengebied is onderverdeeld in een aantal parameterinstellingen, het uitvoeren van taken of het verschillende secties. De huidige sectie wordt aangeduid opslaan van gegevens.
Basisbediening ■ Navigeren tussen pagina's ■ Parameterinstellingen wijzigen Elke sectie bevat een aantal pagina’s met Door op de knoppen [-/DEC] of [+/INC] te drukken, kunt parameterinstellingen die worden gebruikt voor het u de waarde van de momenteel geselecteerde instelling vastleggen van de daadwerkelijke instellingen. Open een verhogen of verlagen.
KIT-instellingengebied (KIT) In deze sectie wordt het KIT-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [KIT]. De DTX-MULTI 12 wordt geleverd met een groot aantal voorgeprogrammeerde kits (P001 t/m P050) die u onmiddellijk kunt gebruiken, en u kunt maximaal 200 van uw eigen drumkits als gebruikerskits (U001 t/m U200) maken en opslaan. Gebruik het KIT-instellingengebied voor het selecteren en bewerken van deze drumkits.
KIT-instellingengebied (KIT) OPMERKING KIT1 • Als u de volume-instelling voor MIDI-kanaal 10 wijzigt op de pagina Volume (MIDI3-2) van het MIDI-gebied, wordt de parameter Volume op Select Kit deze pagina (KIT2-1) automatisch ingesteld op dezelfde waarde. Het omgekeerde geldt echter niet. Met andere woorden: de volume- Op de pagina Select Kit (KIT1) kunt u de voorgeprogrammeerde instelling op de pagina Volume (MIDI3-2) van het MIDI-gebied wordt kit of gebruikerskit selecteren die u wilt bespelen.
KIT-instellingengebied (KIT) KIT3 EFFECT SEND KIT4 VARIATION Effect Send-niveaus Variation-effectinstellingen KIT3 KIT4 ≥≥EFFECT≥SEND ≥≥≥VARIATION In de sectie EFFECT SEND kunt u aanpassen in welke mate de In de sectie VARIATION kunt u een variation-effect selecteren, effecten chorus en reverb op de volledige drumkit worden aanpassen in welke mate het wordt toegepast en het op een aantal toegepast.
KIT-instellingengebied (KIT) KIT5 CHORUS Pagina Variation Return KIT4-2 Choruseffectinstelling KIT4-2≥≥≥≥≥<VAR> KIT5 ≥VarReturn=≥64 ≥≥≥≥≥CHORUS 1 Variation-retour (VarReturn) In de sectie CHORUS kunt u een choruseffect selecteren en het op Gebruik deze parameter om het niveau van het retoursignaal een aantal verschillende manieren configureren. Choruseffecten van het variation-effect in te stellen.
KIT-instellingengebied (KIT) Pagina Chorus Pan Pagina Reverb Type KIT5-3 KIT6-1 KIT5-3≥≥≥≥≥<CHO> KIT6-1≥≥RevType= ≥≥≥ChoPan=≥C R3≥Hall 1 Choruspan (ChoPan) 1 Reverbtype Gebruik deze parameter om de stereo-panning van het Gebruik deze parameter om het type reverbeffect te retoursignaal van het choruseffect in te stellen. selecteren.
KIT-instellingengebied (KIT) KIT7 OTHER Pagina Mute Switch KIT7-2 Overige drumkitinstellingen Op de pagina Mute Switch kunt u een groep pads selecteren die als geheel moeten worden behandeld in geval van dempen, zodat het geluid ervan kan worden gestopt of gewijzigd tijdens KIT7 het spelen.
KIT-instellingengebied (KIT) Pagina Hi-hat Function Pagina Trigger Setup Link KIT7-3 KIT7-6 KIT7-3≥≥≥<OTHER> KIT7-6≥≥≥<OTHER> ≥HH≥Func=hi-hat TrgSetupLink=P01 1 Hi-hatfunctie (HH Func) 1 Triggerinstellingskoppeling (TrgSetupLink) Met deze parameter kunt u opgeven hoe een hi-hatregelaar die Gebruik deze parameter om de triggerinstelling op te geven is aangesloten op de HI-HAT CONTROL-aansluiting moet die moet worden gebruikt wanneer de huidige kit wordt werken.
KIT-instellingengebied (KIT) Pagina Copy Pad Settings KIT8-1-1 KIT8 JOB Kitbeheer KIT8-1-1≥≥<Copy> ≥≥º¡≥≥≥-ß≥≥º™ KIT8 ≥≥≥≥≥≥JOB 1 Te kopiëren pad In de sectie Job kunt u een aantal beheertaken uitvoeren zoals kopiëren, uitwisselen en het initialiseren van kits en pads. Druk Gebruik deze parameter om de pad te selecteren waarvan u de op de pagina JOB (KIT8) op de knop [ENTER] om de vijf instellingen wilt kopiëren.
KIT-instellingengebied (KIT) Pagina Exchange Kits Pagina Initialize Kit KIT8-3 KIT8-5 Op de pagina Exchange Kits kunt u instellingen voor een paar Op de pagina Initialize Kit kunt u de momenteel bewerkte gebruikerskits uitwisselen. Druk op deze pagina op de knop drumkit initialiseren.
VOICE-instellingengebied (VCE) In deze sectie wordt het VOICE-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [VOICE]. In dit gebied kunt u de voices selecteren en bewerken (waaronder voorgeprogrammeerde voices, golven en patronen) die aan afzonderlijke pads zijn toegewezen. Zie pagina 31 voor meer informatie over voices en hun werking. LET OP •...
VOICE-instellingengebied (VCE) 1 Padnummer VCE1 Gebruik deze parameter om het nummer van de in te stellen Voice selecteren pad of MIDI-noot te selecteren. U kunt ook op een pad tikken om deze te selecteren. 01 t/m 12, 13, 13R1, 13R2, 14 t/m 17, FTSW VCE1≥-¡£Ω¡-≥≥≥≥ç...
VOICE-instellingengebied (VCE) D Noot VCE2 TUNE/OUTPUT Gebruik deze parameter om de toonhoogte van de toegewezen Voices afstemmen, volume en pannen voice als een MIDI-nootnummer in te stellen. Instellingen C-2 t/m G8 E Transponeren VCE2 Gebruik deze parameter om de toonhoogte van het toegewezen ≥≥≥TUNE/OUTPUT patroon in stappen van één halve toon aan te passen.
VOICE-instellingengebied (VCE) Attack Time (VCE3-1) VCE3 TONE C Aanzettijd Voicetimbre Gebruik deze parameter om in te stellen hoe lang het duurt nadat de knop is ingedrukt voordat de toegewezen voice zijn piekniveau heeft bereikt. VCE3 Instellingen -64 t/m +0 t/m +63 ≥≥≥≥≥≥TONE Decay Time (VCE3-2) C Wegsterftijd...
VOICE-instellingengebied (VCE) D Resonantie (Q) Pagina Chorus Send VCE4-2 Gebruik deze parameter om het timbre van de voice te wijzigen door frequenties rond de cutoff-frequentie te versterken. Instellingen -64 t/m +0 t/m +63 VCE4-2≥-º¡-≥≥≥≥ç Niveau ≥≥ChoSend=127 Resonantie (Q) 1 Padnummer 01 t/m 12, 13, 13R1, 13R2, 14 t/m 17, Instellingen FTSW, HHCL, HHSP, C#-1, of D-1 t/m A#5...
VOICE-instellingengebied (VCE) VCE5 OTHER Pagina Alternate Group VCE5-2 Andere voice-gerelateerde instellingen VCE5 VCE5-2≥-º¡-≥≥≥≥ç ≥≥≥≥≥OTHER AltGroup=≥≥≥≥off Druk op de pagina OTHER (VCE5) op de knop [ENTER] om de 1 Padnummer twee pagina's met parameterinstellingen te openen (VCE5-1 en 01 t/m 12, 13, 13R1, 13R2, 14 t/m 17, VCE5-2).
MIDI-instellingengebied (MIDI) In deze sectie wordt het MIDI-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [MIDI]. In dit gebied kunt u per kit de MIDI-gerelateerde parameters instellen. Daarnaast worden in het MIDI-instellingengebied de laaginstellingen voor elke pad geconfigureerd (d.w.z. het aantal lagen en de wijze waarop deze worden afgespeeld). Zie pagina 34 voor meer informatie over het instellen van de functies in dit instellingengebied.
MIDI-instellingengebied (MIDI) • Pagina's met parameterinstellingen voor MIDI1 'PC'-berichten worden op pagina 66 toegelicht. Berichttype selecteren MIDI1≥-º¡- MessageType=PC MIDI1≥-º¡- MessageType=note Pagina's met parameterinstellingen voor 'note'-berichten Als u op de knop [MIDI] drukt, wordt een pagina geopend waarop u het type MIDI-bericht (MIDI1) kunt selecteren. Op deze pagina kunt u het type MIDI-bericht selecteren dat aan elke pad wordt Pagina Playing Mode MIDI1-1...
MIDI-instellingengebied (MIDI) Pagina MIDI Note Veelvoorkomende toepassingen van MIDI1-2 de modi Stack, Alternate en Hold Op de pagina Playing Mode (MIDI1-1) kunt u selecteren hoe de vier lagen van een pad worden afgespeeld. Pads kunnen MIDI1-2≥-º¡-≥≥≥ç bijvoorbeeld zo worden ingesteld dat ze een akkoord produceren door meerdere lagen tegelijk af te spelen, of dat bij Note=*≥C#-1/≥13 elke volgende tik een andere laag wordt afgespeeld.
MIDI-instellingengebied (MIDI) OPMERKING Pagina Gate Time MIDI1-4 • Als op de pagina MIDI Note (MIDI1-2) geen nootnummers aan de lagen van de pad (A t/m D) zijn toegewezen, wordt deze instelling weergegeven als '---' en kan deze niet worden gewijzigd. •...
MIDI-instellingengebied (MIDI) Pagina Trigger Polyphony Pagina's met parameterinstellingen MIDI1-8 voor 'CC'-berichten MIDI1-8≥-º¡- Pagina Control Change MIDI1-1 TrgMonoPoly=poly Number & Value 1 Padnummer 01 t/m 12, 13, 13R1, 13R2, 14 t/m 17, MIDI1-1≥-º¡- Instellingen FTSW, HHCL of HHSP CCNo=≥7/Val=VARI B Mono/poly activeren (TrgMonoPoly) Gebruik deze parameter om te regelen wat er gebeurt wanneer de pad, aangegeven met 1, herhaaldelijk wordt aangeslagen.
MIDI-instellingengebied (MIDI) MIDI2 TG/MIDI-schakelaar Pagina's met parameterinstellingen MIDI-bestemmingsschakelaars voor 'PC'-berichten Pagina Program Change MIDI1-1 MIDI2 ≥TG/MIDI≥SWITCH MIDI1-1≥-º¡- M000/L000/PC001 Druk op de pagina TG/MIDI SWITCH (MIDI2) op de knop [ENTER] om de twee pagina's met parameterinstellingen te openen (MIDI2-1, MIDI2-2). Met de knoppen [B]/[C] kunt u tussen deze pagina's schakelen.
MIDI-instellingengebied (MIDI) MIDI3 OTHER Pagina Pan MIDI3-3 Overige MIDI-instellingen MIDI3-3≥≥≥≥≥Ch≥1 MIDI3 ≥≥≥≥Pan=≥C ≥≥≥≥≥OTHER 1 MIDI-kanaal (Ch) In de sectie OTHER kunt u diverse MIDI-berichten instellen die Instellingen 1 t/m 16 worden verzonden wanneer de huidige kit is geselecteerd. Druk B Pan op de pagina OTHER (MIDI3) op de knop [ENTER] om de acht Gebruik deze parameter om de panwaarde in te stellen die pagina's met parameterinstellingen te openen (MIDI3-1 t/m...
MIDI-instellingengebied (MIDI) Pagina Variation Send Level Pagina CC Number & Value MIDI3-5 MIDI3-8 Pagina Chorus Send Level MIDI3-6 MIDI3-8≥≥≥≥≥Ch≥1 Pagina Reverb Send Level MIDI3-7 CCNo=off/Val=≥≥0 Op de pagina's Variation Send Level, Chorus Send Level en Reverb Send Level kunt u het verzendniveau aanpassen dat moet worden ingesteld voor elk van de corresponderende effecteenheden wanneer de huidige kit is geselecteerd.
WAVE-instellingengebied (WAVE) In deze sectie wordt het WAVE-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [WAVE]. Met de DTX-MULTI 12 kunt u .aif- en .wav-audiobestanden uit diverse bronnen importeren. Deze bestanden ('waves' genoemd) kunnen vervolgens op dezelfde manier worden gebruikt als de voorgeprogrammeerde voices en patronen van het instrument.
WAVE-instellingengebied (WAVE) WAVE1 Pagina Wave Playback Mode WAVE2-1 Waves selecteren en afspelen Gebruik de pagina Select Wave (WAVE1) om waves te selecteren WAVE2-1≥<COMMON> en af te spelen. U kunt op deze pagina alleen waves selecteren die PlayMode=oneshot in het interne geheugen van de DTX-MULTI 12 zijn opgeslagen nadat ze zijn geïmporteerd (zie pagina 72).
WAVE-instellingengebied (WAVE) Pagina Trimming Pagina Wave Name WAVE2-2 WAVE2-3 Op de pagina Trimming kunt u de begin-, eind- en luspunten van Op de pagina Wave Name kunt u de geselecteerde wave een naam de geselecteerde wave bewerken. Druk op de pagina Trimming geven.
WAVE-instellingengebied (WAVE) Pagina Import All WAVE3-1 Afzonderlijke audiobestanden importeren Op de pagina Import All kunt u alle .wav- of .aiff-bestanden van een USB-geheugenstation in het interne geheugen van de Ga als volgt te werk als u afzonderlijke .wav- en .aiff- DTX-MULTI 12 importeren.
WAVE-instellingengebied (WAVE) Pagina Normalize Pagina Optimize Memory WAVE3-2 WAVE3-5 Op de pagina Normalize kunt u het volume van de geselecteerde Op de pagina Optimize Memory kunt u de hoeveelheid wave verhogen. Druk op deze pagina op de knop [ENTER] om de ongebruikt wavegeheugen maximaliseren.
PATTERN-instellingengebied (PTN) In deze sectie wordt het PATTERN-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [PTN]. In de DTX-MULTI 12 zijn een enkele speciale voorgeprogrammeerde patronen voor afspelen (P001 t/m P128) ingebouwd, naast de gebruikerspatronen die vrij opgenomen en bewerkt kunnen worden (U001 t/m U050). Gebruik het PATTERN- gebied om deze patronen op te nemen en te bewerken.
PATTERN-instellingengebied (PTN) PTN1 PTN2 COMMON Patroon selecteren Lussen, tempo en patroonnamen Op de pagina Select Pattern (PTN1) kunt u patronen selecteren en afspelen en hun tempo en maatsoort instellen. Druk op de knop PTN2 [PTN] om deze pagina te openen, en druk indien nodig op de knoppen [B]/[C].
PATTERN-instellingengebied (PTN) PTN3 MIDI Pagina Pattern Name PTN2-3 MIDI-instellingen voor patronen Druk op de pagina Pattern Name op [ENTER] als u de naam van het geselecteerde patroon wilt wijzigen. PTN3 PTN2-3≥≥<COMMON> ≥≥≥≥≥≥MIDI ≥≥≥≥≥≥Name In de sectie MIDI kunt u de MIDI-berichten configureren die door het geselecteerde patroon op elk afzonderlijk MIDI-kanaal worden verzonden.
PATTERN-instellingengebied (PTN) B Bankselectie MSB (M) Pagina MIDI Volume PTN3-2 Gebruik deze parameter om een MSB-bankselectiewaarde te selecteren. Instellingen 000 t/m 127 PTN3-2≥≥≥≥≥≥Ch≥1 C Bankselectie LSB (L) ≥≥≥Volume=100 Gebruik deze parameter om een LSB-bankselectiewaarde te selecteren. 1 MIDI-kanaal (Ch) Instellingen 000 t/m 127 Instellingen 1 t/m 16...
PATTERN-instellingengebied (PTN) PTN4 JOB Pagina Chorus Send PTN3-6 Patroonkwantificering en beheer PTN3-6≥≥≥≥≥≥Ch≥1 ≥≥ChoSend=≥≥0 PTN4 ≥≥≥≥≥≥JOB 1 MIDI-kanaal (Ch) Instellingen 1 t/m 16 In de sectie JOB kunt u het geselecteerde gebruikerspatroon B Chorus send-niveau (ChoSend) kwantificeren, SMF-bestanden importeren en andere gerelateerde handelingen uitvoeren.
PATTERN-instellingengebied (PTN) Voorbeeld van hoe kwantificering werkt Pagina Clear Pattern PTN4-3 Deze opgenomen noten zijn niet exact in de maat gespeeld. Op de pagina Clear Pattern kunt u alle gegevens uit het geselecteerde gebruikerspatroon verwijderen. Daartoe drukt u op de pagina Clear Pattern op [ENTER], en wanneer u om bevestiging wordt gevraagd, drukt u nogmaals op [ENTER].
PATTERN-instellingengebied (PTN) Pagina Copy Pattern Setting PTN4-5-1 Pagina Import SMF PTN4-7 Druk op de pagina Copy Pattern Setting op [ENTER] en druk, Vanaf de pagina Import SMF kunt u een standaard-MIDI-bestand wanneer u wordt gevraagd of u verder wilt gaan, nogmaals op (SMF) van een USB-geheugenapparaat in de DTX-MULTI 12 [ENTER].
PATTERN-instellingengebied (PTN) PTN5 MEMORY INFO Patroongeheugenstatus PTN5 ≥≥MEMORY≥INFO In de sectie MEMORY INFO kunt u de gebruiksstatus van het DTX-MULTI 12-geheugen voor gebruikerspatronen controleren. Daartoe gaat u naar deze sectie (PTN5) en drukt u op [ENTER]. Pagina Memory Info PTN5-1 PTN5-1≥≥≥≥≥≥0.0% ≥≥≥0.4KB/896.0KB 1 Percentage geheugengebruik (%)
UTILITY-instellingengebied (UTIL) In deze sectie wordt het VOICE-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen met de knop [UTILITY]. In dit gebied kunt u parameters voor het hele instrument instellen en diverse bestandsbeheerbewerkingen uitvoeren. LET OP • Zorg ervoor dat u instellingen die u hebt bewerkt, opslaat voordat u het instrument uitzet. (Zie pagina 45.) Indeling van het UTILITY-instellingengebied Het UTILITY-instellingengebied bestaat uit drie secties (UTIL1 t/m UTIL3).
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Pagina Pan Depth Pagina Click-track Master Volume UTIL1-7 UTIL2-2 UTIL1-7<GENERAL> UTIL2-2≥≥<CLICK> ≥≥PanDepth=≥64 ≥≥≥Volume=127 1 Clicktrack mastervolume 1 Pandiepte Gebruik deze parameter om het mastervolume voor Met deze parameter kunt u de breedte instellen van het clicktrack-geluiden in te stellen. algehele stereo-panning veld van het instrument, met behoud van de afzonderlijke paninstellingen voor de geluiden van Instellingen...
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Pagina Accent Note Number UTIL2-5-3 Pagina Click-track MIDI UTIL2-5 UTIL2-5-3<CLICK> UTIL2-5 NoteA…=C#-1/≥13 ≥≥≥Click≥MIDI 1 Accentnootnummer (NoteAcc) Op de pagina Click-track MIDI (UTIL2-5) kunt u een reeks Gebruik deze parameter om een MIDI-nootnummer aan MIDI-parameters voor de clicktrack instellen. Druk op deze clicktrack-accentgeluiden toe te wijzigen.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) UTIL3 MASTER EQ Tempo tikken Masterequalizer Met de functie Tap Tempo kunt u het tempo voor patronen en de clicktrack instellen door gewoon op pads te tikken. Op deze manier kunt u eenvoudig en gevoelsmatig het gewenste tempo UTIL3 instellen.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Pagina Gain, Frequency Pagina EQ Shape UTIL3-1 UTIL3-2 & Bandwidth Op de pagina EQ Shape kunt u een EQ-type instellen voor elke 'low' en 'high' band. UTIL3-1≥≥≥≥≥≥mid UTIL3-2≥≥≥≥≥≥low G+12/F2.0k/Q≥0.1 ≥Shape=shelving 1 Frequentieband Gebruik deze parameter om de master-EQ-frequentieband in 1 Frequentieband te stellen.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Als een MIDI-besturingswijzigingsbericht (CC01 t/m CC95) UTIL4 PAD als padfunctie is opgegeven, worden waarden voor Padhulpprogramma's besturingswijzigingen en het MIDI-zendkanaal als volgt ingesteld. Als een pad of externe controller wordt ingesteld op een andere UTIL4 waarde dan 'FTSW': ≥≥≥≥≥≥PAD UTIL4-1≥-º¡-≥≥†”...
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Pagina Foot Switch Input Pagina Close Position UTIL4-2 UTIL5-1 UTIL4-2≥≥≥≥<PAD> UTIL5-1≥<HI-HAT> FootSwInSel=ftSw ≥ClosePosi=+10 1 Voetschakelaar-invoerselectie (FootSwInsel) 1 Sluitpositie (ClosePosi) Met deze parameter kunt u opgeven of een voetschakelaar Met deze parameter kunt u de positie aanpassen waarop ('ftSw'), een hi-hatcontroller ('HH65') of een voetcontroller de hi-hat schakelt van geopend naar gesloten wanneer een ('FC7') is aangesloten op de FOOT SW-aansluiting.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) UTIL6 MIDI Pagina Channel-10 Program UTIL6-3 MIDI-instelling van instrument Change Receive UTIL6 UTIL6-3≥≥≥<MIDI> ≥≥≥≥≥≥MIDI ≥RcvPC10ch=on In de sectie MIDI kunt u MIDI-parameters instellen die gelden 1 Ontvangst programmawijziging kanaal voor het gehele DTX-MULTI 12-systeem. Druk op de pagina 10 (RcvPC10ch) MIDI (UTIL6) op [ENTER] om de twaalf pagina's met Met deze parameter kunt u de ontvangst inschakelen ('on') of...
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Pagina MIDI Sync Pagina Sequencer Control UTIL6-6 UTIL6-8 UTIL6-6≥≥≥<MIDI> UTIL6-8≥≥≥<MIDI> ≥MIDI≥Sync=int ≥SeqCtrl=in/out 1 MIDI-synchronisatie (MIDISync) 1 Sequencer-besturing (SeqCtrl) Met deze parameter kunt u opgeven of patronen en de Met deze parameter kunt u opgeven of System Realtime- clicktrack afgespeeld moeten worden in het tempo dat is berichten (d.w.z.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) UTIL7-bestand Pagina MIDI Merge UTIL6-11 Bestandsbeheer UTIL6-11≥≥<MIDI> UTIL7 ≥≥≥Merge=off ≥≥≥≥≥≥FILE 1 MIDI samenvoegen Met de functie MIDI Merge kunt u MIDI-berichten die In de sectie FILE kunt u diverse bestandsbeheerbewerkingen worden ontvangen via de MIDI IN-aansluiting samenvoegen uitvoeren. Druk op de pagina FILE (UTIL7) op de knop met speeldata die worden geproduceerd door de DTX-MULTI [ENTER] om de zes pagina's met parameterinstellingen te openen 12 te bespelen, en kunt u deze gecombineerde MIDI-data...
De DTX-MULTI 12 geeft deze USB-geheugenapparaat op te slaan. directorystructuur niet in het scherm weer. Sluit een USB-geheugenapparaat die op de pagina \YAMAHA Format (UTIL7-5) is geformatteerd voor gebruik met DTXMULTI de DTX-MULTI 12 aan op de USB TO DEVICE-poort op het zijpaneel van het instrument.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Druk op [ENTER] als u een bestandsnaam Pagina Load File UTIL7-2 hebt ingesteld. U wordt gevraagd te bevestigen dat de gegevens worden opgeslagen. Druk op [ENTER] om verder te gaan. U kunt UTIL7-2≥≥≥<FILE> ook op [EXIT] drukken om naar stap 3 terug te keren zonder op te slaan.
Pagina 95
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Druk op [ENTER] als u het bestand hebt Als 'Kit' is geselecteerd: geselecteerd die u wilt laden. Als 'All', 'AllKit', 'AllWave', 'AllPattern', 'AllTrigger' of UTIL7-2-4≥≥<Dst> 'Utility' is geselecteerd: U001:User≥Kit De relevante pagina uit stap 8 hieronder wordt weergegeven. Als 'Kit', 'Wave', 'Pattern' of 'Trigger' is geselecteerd: Als 'Wave' is geselecteerd: De relevante pagina uit stap 5 hieronder wordt weergegeven.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Druk op [ENTER] om de pagina Rename To (UTIL7-3- Pagina Rename File UTIL7-3 3) te openen. UTIL7-3-3≥≥≥<To> UTIL7-3≥≥≥<FILE> Name=MyData ≥≥Rename≥File Met de knoppen [B]/[C] kunt u de knipperende cursor Ga op de pagina Rename File als volgt te werk om bestanden die verplaatsen, en met de knoppen [-/DEC] en [+/INC] kunt u eerder op een USB-geheugenapparaat hebt opgeslagen, een u door de beschikbare tekens bladeren.
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Druk op [ENTER] om verder te gaan. Pagina Delete File UTIL7-4 Het volgende bericht wordt weergegeven wanneer de gegevens worden verwijderd. UTIL7-4≥≥≥<FILE> Executing... ≥≥Delete≥File Ga op de pagina Delete File als volgt te werk om bestanden te LET OP verwijderen die u eerder op een USB-geheugenapparaat hebt •...
UTILITY-instellingengebied (UTIL) Druk op [ENTER] om verder te gaan. UTIL8 FACTORY SET Het volgende bericht wordt weergegeven wanneer het Instrument resetten geheugenapparaat wordt geformatteerd. Executing... UTIL8 ≥≥FACTORY≥SET LET OP In de sectie FACTORY SET kunt u alle gebruikersgegevens van de •...
TRIGGER-instellingengebied (TRG) In deze sectie wordt het TRIGGER-instellingengebied beschreven, dat u kunt openen door gelijktijdig op de knoppen [SHIFT] en [UTILITY] te drukken. De kenmerken van de uitvoer van triggersignalen van pads wanneer deze worden afgespeeld, zijn afhankelijk van allerhande factoren, bijvoorbeeld of ze met sticks of met de hand worden bediend, en - in het geval van externe pads –...
TRIGGER-instellingengebied (TRG) TRG1 TRG2 PAD Triggerinstellingen selecteren Padinstelling Gebruik deze parameters om de triggerinstellingen te selecteren die u wilt toepassen of bewerken. TRG2≥≥≥≥≥≥≥≥≥≥˛¸ ≥≥≥≥≥≥PAD TRG1≥≥≥≥≥≥≥≥≥≥˛¸ P01:Stick≥Wide In de sectie PAD kunt u parameters instellen die betrekking hebben op de gevoeligheid, uitvoer en andere kenmerken van de pads die in de DTX-MULTI 12 zijn ingebouwd en op de externe pads die via de PAD-aansluitingen zijn aangesloten.
Pagina 101
TRIGGER-instellingengebied (TRG) B Padtype Pagina Velocity Curve TRG2-1-2 Gebruik deze parameter om een padtype in te stellen voor de pad(s), aangegeven met 1. Hieronder vindt u de beschikbare TRG2-1-2≥-MID-˛¸ opties. Deze zijn afhankelijk van het feit of u een of meer ingebouwde pads (d.w.z.
Pagina 102
TRIGGER-instellingengebied (TRG) Pagina Velocity Range TRG2-1-4 Pagina Crosstalk Prevention TRG2-2 De term 'overspraak' verwijst naar de uitvoer van triggersignalen TRG2-1-4≥-MID-˛¸ van een andere pad die de pad die is ingedrukt als het resultaat van een trilling of interferentie tussen pads. Op de pagina Crosstalk Velocity=≥≥0-127 Prevention kunt u de invoerniveaus instellen waaronder geen triggersignalen worden geproduceerd, en overspraak dus wordt...
Pagina 103
TRIGGER-instellingengebied (TRG) Pagina Individual Crosstalk Level TRG2-2-2 Terwijl u een van de pads in de MID-groep (d.w.z. 4 t/m 9) aanslaat, verhoogt u het niveau, aangegeven met 3 tot de andere pads in die groep geen geluid meer maken. TRG2-2-2≥-¡¢-≥˛¸ Level=≥25%(¡£) TRG2-2-2≥[MID]˛¸...
TRIGGER-instellingengebied (TRG) TRG3 NAME TRG4 COPY PAD Namen van triggerinstellingen Copy Trigger-parameters TRG3 TRG4 ≥≥≥≥≥≥NAME ≥≥≥≥COPY≥PAD In de sectie NAME kunt u een naam van maximaal 12 tekens aan In de sectie COPY PAD kunt u gegevens voor de geselecteerde triggerinstellingen geven.
Problemen oplossen ● Open de pagina Local Control ([UTILITY] → UTIL6 → UTIL6-5) Er wordt geen geluid geproduceerd wanneer pad en controleer of de parameter LocalCtrl is ingesteld op 'on'. worden aangesloten of het volume lager dan verwacht. (Zie pagina 90.) ●...
Pagina 106
(Zie pagina 64.) ingesteld op 'off'. (Zie pagina 87.) ● Controleer of u alleen de aanbevolen externe Yamaha-pads ● Open de pagina's Variation Send, Chorus Send en Reverb Send gebruikt. Producten van andere fabrikanten kunnen extreem voor afzonderlijke voices ([VOICE] →...
Pagina 107
TRG2 → TRG2-1) en controleer of een geschikt type is ● Open de pagina Input Gain voor de trigger van de pad ([SHIFT] + geselecteerd. Als u een hi-hatcontroller van het type Yamaha [UTILITY] → TRG2 → TRG2-1 → TRG2-1-1) en controleer of de RHH130 of RHH135 gebruikt, moet het padtype zijn ingesteld op parameter Gain niet te hoog is ingesteld.
Schermberichten Bericht Volledige betekenis Als dit bericht wordt weergegeven, dient u te bevestigen of u wel of niet door wilt gaan met de Are you sure? geselecteerde bewerking. Dit bericht wordt weergegeven als u een patroonbeheertaak probeert uit te voeren terwijl een Choose user pattern.
Pagina 109
Schermberichten Bericht Volledige betekenis Dit bericht wordt weergegeven wanneer het instrument bezig is met het schrijven van gegevens naar de Flash-ROM. Het instrument mag in deze status nooit worden uitgeschakeld. Als deze Please keep power on. voorzorgsmaatregel niet in acht genomen wordt, kunnen gebruikersgegevens verloren gaan en kan het interne systeem worden beschadigd, waardoor het instrument bij een volgend gebruik niet meer normaal kan worden opgestart.
* Specificaties en beschrijvingen in deze gebruikersgebruikershandleiding zijn uitsluitend voor informatiedoeleinden. Yamaha Corp. behoudt zich het recht voor om producten of hun specificaties op elk gewenst moment zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of te modificeren. Aangezien specificaties, apparatuur en opties per locatie kunnen verschillen, kunt u het best contact opnemen met uw Yamaha-leverancier. Gebruikershandleiding...
Pagina 115
For details of products, please contact your nearest Yamaha Neem voor details over producten alstublieft contact op met uw representative or the authorized distributor listed below. dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiging of de geautoriseerde distributeur uit het onderstaande overzicht. NORTH AMERICA ASIA THE NETHERLANDS/...