SYMPTOOM
REDEN/ACTIE
Het lampje READY
Er zijn nog taken in de printer aanwezig. Annuleer de afdruk of forceer
(Gereed) brandt en
het afdrukken van de resterende gegevens.
knippert, maar er
Als u de afdruktaak wilt forceren, drukt u op de knop ON LINE
worden geen
(Online) om de printer in de offline modus te zetten en drukt u
afdrukken
vervolgens op de knop FEED/SELECT (Invoer/selecteren). Nadat de
uitgevoerd.
taak is afgedrukt, drukt u nogmaals op de knop ON LINE (Online) om
de printer weer in de online modus te zetten.
Wanneer u een parallelle poort of USB-poort gebruikt, kunnen de
gegevens halverwege een taak worden verzonden, afhankelijk van het
moment waarop u op de knop ON LINE (Online) drukt. In dit geval
worden de afdrukgegevens die ontvangen worden nadat u op de knop
FEED/SELECT (Invoer/selecteren) hebt gedrukt, herkend als een
nieuwe taak. De gegevens worden afgedrukt nadat u de offline modus
hebt geannuleerd. Bovendien wordt de taak mogelijk niet correct
afgedrukt.
Afdrukken annuleren:
Het afdrukken gaat
De ontvangstbuffer is onvoldoende. Wanneer u documenten met een
erg langzaam.
hoge resolutie afdrukt, verlaagt u de geheugencapaciteit van items die
niet worden gebruikt.
Wij raden u aan ongebruikte poorten uit te schakelen en het geheugen
te sturen naar andere doeleinden.
Is het printerstuurprogramma ingesteld op 1200 dpi op het tabblad
Grafisch? Wanneer u de instelling op 600 dpi zet, wordt de afdruktijd
verkort.
Zie de online Help van het printerstuurprogramma voor richtlijnen.
Afdrukken met TrueType-lettertypen kan afdruktijd in beslag nemen.
Wijzig de afdrukmethode voor TrueType-lettertypen in Lettertype
opgeven op het tabblad Uitgebreide instellingen van het
printerstuurprogramma.
Zie de online Help van het printerstuurprogramma voor richtlijnen.
Het bovenste deel
Staan de papierladegeleiders in de juiste stand?
van een afgedrukt
Zet de lengtegeleider en de rechterbreedtegeleider in de juiste
document
standen.
ontbreekt.
Zie "Papier plaatsen" op pagina 22.
De tekst is ingekort.
Het papier kan niet
Is het papier correct ingesteld? Plaats het papier op correcte wijze.
worden ingevoerd.
Waaier etiketten, transparanten of enveloppen eerst uit voordat u ze
plaatst zodat er lucht tussen de vellen kan komen.
Papierstoring.
Zie "Papier plaatsen" op pagina 22.
Er worden
meerdere vellen
Is het papier vochtig? Vervang het papier door een nieuwe stapel.
ingevoerd.
Zie "Papier plaatsen" op pagina 22.
Het papier wordt
scheef ingevoerd.
Gebruikt u het juiste type papier? Plaats het juiste type papier.
Het papier is
Zie "Usable Paper" (Bruikbaar papier) in de Reference Guide
gekreukt.
(Referentiehandleiding).
Is de papierlade correct ingesteld? Duw de papierlade helemaal in de
printer.
Staat de printer op een plat oppervlak? Plaats de printer op een plat en
stabiel oppervlak.
Staan de papierladegeleiders in de juiste stand? Zet de lengtegeleider
en de rechterbreedtegeleider in de juiste standen.
Zie "Papier plaatsen" op pagina 22.
Hebt u fotopapier gebruikt? Reinig de invoerrol.
Zie "De invoerrollen reinigen" op pagina 38.
" Afdrukken annuleren/controleren" (pag. 13)
Problemen oplossen > 30