De printer voorbereiden en standaardinstellingen configureren
Universeel afdrukken instellen
Stel deze optie in wanneer u vanaf externe apparaten wilt afdrukken zonder het printerstuurprogramma te
gebruiken.
Sommige items worden mogelijk niet weergegeven. Dit is afhankelijk van de afdruktaal van uw printer.
1. Voer in een browser het IP-adres van de printer in om Web Config te openen.
Voer het IP-adres van de printer in op een computer die met hetzelfde netwerk is verbonden als de printer.
U vindt het IP-adres van de printer in het volgende menu.
Instel. > Algemene instellingen > Netwerkinstellingen > Netwerkstatus > Status vast netwerk/Wi-Fi
2. Voer het beheerderswachtwoord in om in te loggen als beheerder.
3. Selecteer opties in de volgende volgorde.
Tabblad Afdrukken > Algem. afdrukinst.
4. Stel elk item in.
5. Controleer de instellingen en klik vervolgens op OK.
Basis
Items
Offset boven(-30.0-30.0mm)
Offset links(-30.0-30.0mm)
Offset boven achter(-30.0-30.0mm)
Offset links achter(-30.0-30.0mm)
Controleer papierbreedte
Lege pagina overslaan
PDL-afdrukconfiguratie
U kunt instellingen opgeven voor PCL- of PostScript-afdrukken.
Deze optie wordt weergegeven op een met PCL of PostScript compatibele printer.
Algemene instellingen
Items
Papierformaat
Hiermee stelt u de verticale positie in van het papier waarop wordt afgedrukt.
Hiermee stelt u de horizontale positie in van het papier waarop wordt afgedrukt.
Hiermee stelt u de verticale positie in van het papier waarop de achterzijde van
het papier wordt afgedrukt tijdens dubbelzijdig afdrukken.
Hiermee stelt u de horizontale positie in van het papier waarop de achterzijde van
het papier wordt afgedrukt tijdens dubbelzijdig afdrukken.
Hiermee stelt u in of de papierbreedte tijdens het afdrukken moet worden
gecontroleerd.
Als zich in de afdrukgegevens een blanco pagina bevindt, stelt u in dat deze
blanco pagina niet wordt afgedrukt.
Selecteer het papierformaat waarop u wilt afdrukken.
71
>
Standaardinstellingen voor
Uitleg
Uitleg