8 GEBEURTENISCODES
Temperatuurfout
x06
Deze gebeurteniscode wordt weergegeven vanwege een van de volgende oorzaken:
•
406 - Waarschuwing/fout retour koelmiddeltemperatuur.
•
206 - Te hoge temperatuur.
•
306 - Waarschuwing/fout Hoge temperatuur draadmotor.
Bij 406 en 206 - Waarschuwing/fout retour koelmiddeltemperatuur en Te hoge temperatuur -
voert u de volgende handelingen uit:
1.
Zorg ervoor dat de koelluchtinlaat- of uitlaatopeningen niet verstopt of vuil zijn.
2.
Controleer de huidige inschakelduur om er zeker van te zijn dat de eenheid niet wordt overbelast.
3.
Wacht totdat de temperatuur daalt.
Bij 306 - Waarschuwing/fout Hoge temperatuur draadmotor - voert u de volgende
handelingen uit:
4.
Controleer de geleider en reinig deze met perslucht. Vervang de geleider als deze beschadigd of
versleten is.
5.
Controleer de instelling van de draaddruk en stel deze zo nodig af.
6.
Controleer de aandrijfrollen op slijtage en vervang ze zo nodig.
7.
Zorg ervoor dat de spoel voor vulmetaal zonder veel weerstand kan draaien. Stel de remnaaf zo
nodig af.
8.
Start het systeem opnieuw op.
9.
Als de fout aanhoudt, controleert u de geleider, reinigt u deze met perslucht en vervangt u de
geleider als deze beschadigd of versleten is.
10. Als de fout aanhoudt ondanks het uitvoeren van deze handelingen, vervang dan de toorts.
Accuwaarschuwing
x08
Deze gebeurteniscode wordt weergegeven vanwege een van de volgende oorzaken:
•
208 - Waarschuwing batterij RTC/SRAM bijna leeg.
1.
Controleer of de polariteit (+, - aansluitingen) van de batterij in orde is.
2.
Laat de batterij vervangen door een erkend onderhoudsmonteur.
Interne spanningsfout
x09
Deze gebeurteniscode wordt weergegeven vanwege een van de volgende oorzaken:
•
209 - Interne over-/onderspanningsfout.
1.
Start het systeem opnieuw op.
2.
Neem contact op met een erkend monteur om de aansluitingen van de netvoeding te controleren.
Storing draadaanvoersnelheid
x11
Deze gebeurteniscode wordt weergegeven vanwege een van de volgende oorzaken:
•
311 - Waarschuwing/fout bij verzadiging van de draad.
•
311 - Fout in start-/werkstroom draadmotor.
1.
Controleer of de juiste geleider/contacttip/toorts wordt gebruikt voor het type lasdraad.
2.
Controleer de aanhaalspanning in de remnaaf.
3.
Controleer of de snelheidsregeling van de draadaanvoer stofvrij is en kan draaien.
4.
Bevestig dit door op een willekeurige knop op het bedieningspaneel te drukken.
5.
Neem contact op met een onderhoudsmonteur om de aandrijfmotor te controleren.
0463 772 001
- 31 -
© ESAB AB 2023