11.1 Algemene instellingen configureren
Doel:
Voordat u de NVR via een netwerk bedient, moeten de netwerkinstellingen juist worden geconfigureerd.
Stappen:
1. De interface netwerkinstellingen openen.
Menu > Configuration > Network
2. Selecteer het tabblad General.
3. U kunt in de interface General Settings de volgende instellingen configureren: Werkmodus, NIC-type,
IPv4-adres, IPv4-gateway, MTU en DNS Server.
Het geldige bereik voor de waarde van MTU is 500 - 9676.
Als de DHCP-server beschikbaar is, kunt u op het selectievakje van DHCP klikken om automatisch een
IP-adres en andere netwerkinstellingen van die server te verkrijgen.
4. Klik na het configureren van de algemene instellingen op Apply om de instellingen op te slaan.
Bedrijfsmodus
Voorzien van twee 10M/100M/1000M NIC-kaarten, waarmee het apparaat kan werken in de modi multi-adres en
netfouttolerantie.
Multi-adresmodus: De parameters van de twee NIC-kaarten kunnen onafhankelijk worden geconfigureerd.
U kunt in het veld NIC-type een LAN selecteren voor de parameterinstellingen.
U kunt één NIC-kaart als standaard route selecteren. Het systeem verbindt dan met het extranet en de gegevens
worden via de standaard route doorgestuurd.
Modus fouttolerantie netwerk: De vier NIC-kaarten gebruiken hetzelfde IP-adres; u kunt de hoofd-NIC-kaart op
ieder LAN instellen. Op deze manier schakelt het apparaat automatisch de stand-by-NIC-kaarten in, in geval van
een storing van een NIC-kaart, om het normaal draaien van het hele systeem te verzekeren.
Gebruiksaanwijzing Netwerkvideorecorder
Afbeelding 11.1 Interface netwerkinstellingen
151