Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 2 InitiÎ le instellingen
Het invoeren van uw naam en faxnummer
Om uw naam en fax/telefoonnummer bovenaan iedere verzonden pagina te
printen, dient u deze te programmeren door de toetsen van het toetsenbord op de
onderstaande wijze te bedienen.
♦ Wanneer u een verkeerd getal of letter invoert, drukt u op de SEARCH/R
toets om de cursor terug naar de fout te bewegen, vervolgens voert u het
juiste getal of letter in. Om de cursor naar voren te bewegen dient u de
SPEAKER toets te drukken.
1
Druk op de toets en vervolgens op de
"3" toets. INVOEREN verschijnt op het
display.
2
Druk twee maal op de "#" toets. "EIGEN
FAX # ING." verschijnt in het display.
3
Druk op de START toets.
4
Voer uw faxnummer (max. 20 cijfers) in
via de numerieke toetsen. (Om een spatie
tussen de cijfers in te voeren, drukt u op
de "#" toets. Om een "+" in te voeren,
drukt u op de "*" toets.)
5
Druk op de START toets.
6
Let erop dat er letters zijn gemarkeerd
boven elke numerieke toets. Voer uw
naam in door de overeenkomstige
numerieke toets voor elke letter
verschillende keren in te drukken totdat
de gewenste letter op het display
verschijnt. (Max. 24 karaktertekens.) Om
bijvoorbeeld "S" in te voeren, drukt u
vijf keer op "7". Zie de volgende
pagina's voor meer details.
7
Druk op de START toets en vervolgens
op de STOP toets.
16
FUNCTION
3
START
5
5
5
1
START
Voorbeeld: SHARP
S:
7
7
H:
4
4
A:
2
2
R:
7
7
S P E A K E R
(Beweeg de cursor)
P:
7
7
START
2
3
4
(Voorbeeld: )
7
7
7
4
7
7
STOP
Advertenties
Inhoudsopgave
