A08
Geen ionisatie- meting
tijdens opstarten.
A15
Gasklep probleem
Probleem met regeling
A29
van de gasklep, geen
Indien lampje op branderautomaat (in de technische box)
knippert:
Plaats de afstandsbediening zo dicht mogelijk bij de haard en druk
kort op
wacht ca. 60 seconden. Controleer de zendsterkte (zie
paragraaf 6.3) en eventuele stoorzenders voor het signaal (bijv
metalen omkasting). Indien het signaal blijft knipperen -
>synchroniseren
Er is wel een vlam zichtbaar tijdens de ontsteking
1. Controleer in de haard of de ionisatie-pen (symbool || bij de
brander) geheel vrij ligt van vulling of Kal-Glow.
2. Controleer in de technische box of de stekker goed is
aangesloten (zie 8.1. aansluitschema, "ionisation").
Mogelijk is de ionisatiekabel beschadigd of niet goed verbonden
met de ionisatiepen. Meet het ionisatiesignaal
Er is geen vlam zichtbaar tijdens de ontsteking, maar wel een
vonk bij de ontstekingspen (symbool V bij brander in de
haard).
1.
Verwijder de ruit uit de haard (zie 16.6)
2.
Controleer zorgvuldig of er geen vulling tegen de pennen ligt
en/of de vonk correct op de brander ontsteekt.
3.
Start de haard zonder ruit eenmaal op en controleer of er gas
uit de brander komt. Indien er geen gas uit de brander komt:
de aanwezigheid van gas controleren tot aan de technische
box (voordruk meten).
4.
Controleer bij aanwezige voordruk of de kabels vanuit de
branderautomaat naar het gasblok niet beschadigd zijn en/of
niet aangesloten zijn
5.
Bij een té hoge gasdruk (>55mbar) wordt de gasklep uit
veiligheid niet geopend. Het energiebedrijf of de installateur
dient dit probleem op te lossen.
6
Bij geen resultaat: gasregelblok uitwisselen
Er is geen vlam zichtbaar tijdens de ontsteking en geen
zichtbare vonk bij de onstekingspen (symbool V bij brander in
de haard).
1. Controleer in de haard of de ontstekingspen (symbool V
bij
brander)
helemaal vrij ligt.
2. Controleer in de technische box of de stekker goed is
aan-
gesloten
(zie hoofdstuk 20 aansluitschema, "ionisation").
3. Controleer of er voldoende voeding/spanning aanwezig is.
Mogelijk is de ontstekingskabel beschadigd, niet goed verbonden
met de brander, of is de ontstekingstransformator defect.
1) Controleer de bedrading van de gasklep. Is het probleem niet
opgelost: Kalfire inschakelen.
1) Gasdruk bij de inlaatzijde van de gasklep meten > 20 mbar of
bij B/P > 40 mbar;
53