Het nieuw ingestelde koudemiddel wordt in het meetmenu
weergegeven.
7 Start [Start]
De meting start.
Actueel gemeten waarden worden weergegeven.
Gemeten waarden kunnen worden opgeslagen of er kan een nieuwe
meting gestart worden.
9.3.4
Dichtheidstest
Met de temperatuurgecompenseerde dichtheidstest kunnen installaties op
dichtheid gecontroleerd worden. Hiervoor worden de installatiedruk en de
omgevingstemperatuur gedurende een vastgelegde tijd gemeten.
Hiervoor kan een temperatuurvoeler zijn aangesloten, die de
omgevingstemperatuur meet (aanbeveling: deactiveer de
oppervlaktecompensatiefactor en gebruik NTC-luchtvoelers of ook de
Bluetooth
luchttemperatuurmeting. Als resultaat is informatie over het
temperatuurgecompenseerde drukverschil en over de temperatuur aan
begin/einde van de controle beschikbaar. Door de
temperatuurcompensatie wordt de daadwerkelijke drukdaling als delta
P weergegeven. Als er geen temperatuurvoeler is aangesloten, dan kan
de dichtheidstest zonder temperatuurcompensatie worden uitgevoerd.
Oppervlaktetemperatuurvoelers (bijv. testo 115i) kunnen ook voor de
temperatuurgecompenseerde dichtheidstest worden gebruikt, maar
mogen geen oppervlaktetemperatuur meten. Ze moeten zoveel
mogelijk zo worden geplaatst dat de luchttemperatuur wordt gemeten.
Om de meting uit te voeren worden de manifolds 550i, 550s of 557s
gebruikt.
1
Meten [Measure]
2 Dichtheidstest [Leakage test]
Meetmenu
3
aanklikken.
aanklikken.
®
temperatuur Smart Probes) of Smart Probe voor
aanklikken.
DIchtheidstest [Leakage test]
aanklikken.
verschijnt.
9 Smart App
53