8.2.3
Pressure Leak Test (dichtheidstest)
Met de temperatuurgecompenseerde dichtheidstest kunnen installaties op
dichtheid gecontroleerd worden. Hiervoor worden de installatiedruk en de
omgevingstemperatuur gedurende een vastgelegde tijd gemeten.
Hiertoe kan een temperatuurvoeler aangesloten zijn, die de
omgevingstemperatuur meet of een Smart Probe voor
luchttemperatuurmeting. Als resultaat is er informatie beschikbaar over
het temperatuurgecompenseerde drukverschil en over de temperatuur
aan begin/einde van de test. Door de temperatuurcompensatie wordt
de daadwerkelijke drukdaling als delta P weergegeven. Als er geen
temperatuurvoeler is aangesloten, dan kan de dichtheidstest zonder
temperatuurcompensatie worden uitgevoerd.
Oppervlaktetemperatuurvoelers (bijv. testo 115i) kunnen ook voor de
temperatuurgecompenseerde dichtheidstest worden gebruikt, maar
mogen geen oppervlaktetemperatuur meten. Ze moeten zoveel
mogelijk zo worden geplaatst dat de luchttemperatuur wordt gemeten.
Bij gebruik van een oppervlaktevoeler moet in het menu
[Instellingen]
(Temperature compensation
factor)/(Temperatuurcompensatiefactor)
hoofdstuk 8.3.4.
Om de meting uit te voeren worden de manifolds testo 550s of
testo 557s gebruikt.
Instrument is ingeschakeld en het meetmenu verschijnt.
Slangen zijn aangesloten.
1
Op
[Menu/Enter]
2
Met
[▲] / [▼] Measuring Mode
selecteren en met
bevestigen.
van de testo 550s / testo 557s de
drukken.
[Menu/Enter]
8 Product gebruiken
Settings
Auto Tfac
uitgeschakeld worden. Zie
21