• ZOOM wordt gebruikt om een
vergrote weergave te maken van een
geselecteerd gebied van een
camerakanaal. Klik op het
vergrootglas en kies het gewenste
vak in het gebied. Dit is nu het enige
gebied dat tijdens het afspelen
zichtbaar is. U verlaat deze weergave
door te dubbelklikken op het
camerakanaal. Zie Een zoomgebied
kiezen Afbeelding 143 en
Zoomgebied Afbeelding 144.
• ZOOM kan niet worden toegepast op een
clip – deze functie is voor het nauwkeuriger
bekijken van een kritisch gebied.
•
wordt gebruikt de tijdschaal in
en uit te ZOOMen. De maximale tijd voor
inZOOMen is 5 seconden de minimale tijd
voor uitZOOMen is 24 uur.
9.6.2
Gebeurtenissen en grafieken
• Informatie over gebeurtenissen kan worden bekeken door te klikken op de knop
EVENT (Gebeurtenis), zoals getoond in Instellingen uitgebreide weergave
Afbeelding 145. Er verschijnt dan een lijst met alle gebeurtenissen.
• Gebeurtenissen kunnen ook worden gefilterd op elk tabblad, zoals getoond in
Gebeurtenisinformatie Afbeelding 146. Gebruikers kunnen de pijlen gebruiken
voor toegang tot de verschillende tabblad-opties. Dubbelklikken op een
logboekregel in de gebeurtenislijst, zorgt voor het springen naar dat punt in de
afspeelmodus.
• OSD-instellingen: de sensornamen met twee letters worden in de
gebeurtenislijst tussen haakjes weergegeven. Zie Gebeurtenisinformatie
Afbeelding 146.
• Gebeurtenissen kunnen ook worden opgeroepen op basis van een
gebruikerspecifieke hiërarchie. Klik op het pictogram
(Gebeurtenisinformatie Afbeelding 146) voor toegang en het wijzigen van de
volgorde. Gebruik
Afbeelding 147.
• Zie Gebeurtenisinformatie Afbeelding 146. Gebeurtenisinformatie bestaat uit
gebeurtenisnamen, gebeurtenistijden en gebeurtenisbeschrijvingen (gebruik de
horizontale schuifbalk voor het bekijken).
• U kunt voertuiginformatie openen, zoals
➢ Grafiek met gegevens over de opgenomen kanalen op basis van tijd
➢ Snelheidsgrafiek op basis van tijd
➢ Grafiek met gegevens over de G-krachten op basis van tijd
• Dubbelklikken op een punt in de grafiek zorgt voor het springen naar die tijd
tijdens afspelen.
• Klik op de vervolgkeuzelijst die wordt weergegeven in Grafiekopties Afbeelding
148 en kies VEHICLE STATUS (Voertuigstatus).
• Wanneer het submenu is geopend, zoals weergegeven in Voertuigstatus
Afbeelding 149, klikken op de gewenste optie om de grafiekgegevens te
bekijken.
• Gebeurtenissen worden duidelijk getoond,
met rode verticale markeringslijnen
bij alle grafieken. Bij het over de
markeringen bewegen wordt extra
informatie gegeven aan de gebruiker, zie
Kanaalgrafiek Afbeelding 151 voor een
voorbeeld.
• Witte videokanaalbalken
vertegenwoordigen normale opnamen.
Oranje videokanaalbalken
vertegenwoordigen alarmopnamen.
Een mozaï ek maken voor
vervaging Afbeelding 140
Een zoomgebied kiezen Afbeelding 143
getoond in Gebeurtenis hiërarchie
Grafiekopties Afbeelding 148
Het vervagingsgebied
instellen Afbeelding 141
Zoomgebied Afbeelding 144
Instellingen uitgebreide weergave Afbeelding 145
Gebeurtenisinformatie Afbeelding 146
Gebeurtenis hiërarchie Afbeelding 147
Voertuigstatus Afbeelding
149
Vervaging geactiveerd
Afbeelding 142
Apparaatstatus
Afbeelding 150
45