DJI Mini 4 Pro Gebruikshandleiding
Drone
De drone bevat een vluchtcontroller, video-downlinksysteem, zichtsystemen, infrarooddetectiesysteem,
voortstuwingssysteem en een Intelligent Flight Battery.
Vliegmodus
De drone ondersteunt de volgende vliegmodi, die kunnen worden gewisseld via de
vliegmodusschakelaar op de afstandsbediening.
Normale modus
De drone maakt gebruik van GNSS, het omnidirectionele zichtsysteem, het neerwaartse
zichtsysteem en het 3D-infrarooddetectiesysteem om zichzelf te lokaliseren en stabiliseren. Wanneer
het GNSS-signaal sterk is, gebruikt de drone GNSS om zichzelf te lokaliseren en te stabiliseren.
Wanneer de GNNS zwak is, maar de lichtomstandigheden en andere omgevingsomstandigheden
voldoende zijn, gebruikt de drone de zichtsystemen voor positionering. Wanneer de zichtsystemen
zijn ingeschakeld en de licht- en ander omgevingsomstandigheden voldoende zijn, dan is de
maximale pitchhoek 30° en de maximale horizontale snelheid 12 m/s.
Sportmodus
In de Sportstand gebruikt de drone GNNS en het neerwaartse zichtsysteem voor positionering.
De reacties van de drone zijn geoptimaliseerd voor wendbaarheid en snelheid, waardoor het
beter reageert op bewegingen van de joystick. De maximale horizontale snelheid is 16 m/s. Let
op: obstakeldetectie is uitgeschakeld in de Sportmodus.
Cinemodus
De Cine-modus is gebaseerd op de normale stand met een gelimiteerde vliegsnelheid, waardoor
de drone stabieler is tijdens het maken van opnames.
De drone schakelt automatisch naar de Attitude-stand (ATTI) wanneer de zichtsystemen niet
beschikbaar of uitgeschakeld zijn en het GNNS-signaal zwak is of het kompas storing ondervindt.
In de hoogtestand (ATTI) wordt de drone mogelijk gemakkelijker beïnvloed door zijn omgeving.
Omgevingsfactoren, zoals wind, kunnen leiden tot horizontale drift van de drone, waardoor
gevaarlijke situaties kunnen ontstaan, vooral wanneer in krappe ruimtes wordt gevlogen. De
drone zal niet automatisch kunnen zweven of remmen, daarom moet de piloot de drone zo snel
mogelijk landen om ongevallen te voorkomen.
• De vluchtmodus is alleen van kracht voor handmatige vlucht en Cruisecontrol.
• De zichtsystemen zijn in de Sportstand uitgeschakeld, wat betekent dat de drone
obstakels op zijn route niet automatisch kan detecteren. De gebruiker moet alert blijven
op de omgeving en de drone besturen om obstakels te vermijden.
• De maximale snelheid en de remafstand van de drone zijn aanzienlijk hoger en groter
in de Sportmodus. Onder windloze omstandigheden is een minimale remafstand van
30 m vereist.
• Er is een minimale remafstand van 10 m vereist in windstille omstandigheden tijdens
het opstijgen en dalen van de drone in de Sportmodus of normale modus.
• De respons van de drone neemt in de Sportmodus aanzienlijk toe, wat betekent dat
een kleine beweging van de joystick op de afstandsbediening zich vertaalt in een grote
reisafstand van de drone. Zorg ervoor dat u toereikende manoeuvreerruimte houdt
tijdens het vliegen.
48
©
2023 DJI Alle rechten voorbehouden.