Let op: als u per ongeluk een joystick beweegt, verlaat de drone QuickShots en zweeft op zijn
plaats.
• Gebruik QuickShots op locaties waar geen gebouwen of andere obstakels aanwezig
zijn. Zorg ervoor dat zich geen personen, dieren of andere obstakels in de vliegroute
bevinden. De drone remt en hangt stil op zijn plaats als er een obstakel wordt
gedetecteerd.
• Let altijd op objecten rondom de drone en gebruik de afstandsbediening om botsingen
met de drone of belemmering van de drone te voorkomen.
• Gebruik QuickShots NIET in een van de volgende situaties:
a. Wanneer het object langere tijd geblokkeerd wordt of buiten zicht is.
b. Wanneer het object zich meer dan 50 meter van de drone bevindt.
c. Wanneer het object dezelfde kleur of structuur heeft als de omgeving.
d. Wanneer het object zich in de lucht bevindt.
e. Wanneer het onderwerp snel beweegt.
f. De belichting extreem donker (< 300 lux) of helder (> 10.000 lux) is.
• Gebruik QuickShots NIET op locaties in de buurt van gebouwen of waar het GNSS-
signaal zwak is. Anders wordt de vliegroute instabiel.
• Houd u aan de lokale privacywetgeving en regelgeving tijdens het gebruik van
QuickShots.
Hyperlapse
Klik op de onderstaande link of scan de QR-code
om de instructievideo te bekijken.
Hyperlapse-opnamestanden zijn onder meer Vrij, Cirkel, Koersvergrendeling en Waypoint.
• Nadat u de opnamestand Hyperlapse hebt geselecteerd, gaat u naar Instellingen >
Camera > Hyperlapse in DJI Fly om het fototype van de oorspronkelijke hyperlapse-
foto's te selecteren die moeten worden opgeslagen, of selecteert u Uit om geen
oorspronkelijke hyperlapse-foto's op te slaan. Het wordt aanbevolen om de beelden op
de microSD-kaart van de drone op te slaan.
• Voor optimale prestaties wordt aanbevolen om Hyperlapse te gebruiken op een hoogte
boven de 50 m en een verschil van minimaal twee seconden tussen de intervaltijd en
sluitersnelheid in te stellen.
DJI Mini 4 Pro Gebruikshandleiding
https://s.dji.com/intelligent-flight
©
2023 DJI. Alle rechten voorbehouden.
37