9. Instellingen
Profielen
De telefoon heeft verschillende instellingsgroepen, ofwel profielen, die u
voor verschillende gebeurtenissen en omgevingen kunt instellen.
Selecteer
Menu
>
profiel. Maak uw keuze uit de volgende opties:
Activeer
— om het geselecteerde profiel te activeren.
Aanpassen
— om het profiel aan te passen. Selecteer de instelling die u
wilt wijzigen en breng de gewenste wijzigingen aan.
Als u uw aanwezigheidsgegevens wilt wijzigen, selecteert u
aanwezigheid
>
Mijn beschikbaarheid
menu
Mijn aanwezigheid
profielen
>
Aan
selecteert. Zie Mijn aanwezigheid op pagina 60.
Tijdelijk
— om het profiel in te stellen om een bepaalde tijd (maximaal
24 uur) actief te zijn, en om de gewenste eindtijd in te stellen. Wanneer
de ingestelde tijd voor het profiel verstrijkt, wordt het vorige profiel
(waarvoor geen tijd was ingesteld) geactiveerd.
Vluchtmodus
U kunt alle functies die werken op basis van radiofrequenties
uitschakelen, terwijl u toegang blijft houden tot offlinespelletjes, de
agenda en de telefoonnummers. Gebruik de vluchtmodus in omgevingen
die gevoelig zijn voor radiofrequenties, zoals in vliegtuigen en
ziekenhuizen. Als de vluchtmodus actief is, wordt
Selecteer
Menu
>
Aanpassen.
U kunt de vluchtmodus uitschakelen door een van de andere profielen te
selecteren.
In de vluchtmodus kunt u wel een alarmnummer bellen. Voer het
alarmnummer in, druk op de beltoets en selecteer
Instellingen
>
Profielen
is beschikbaar als u
Instellingen
>
Profielen
I n s t e l l i n g e n
en vervolgens het gewenste
of
Mijn
aanwezigh.bericht. Het
Synchronis. met
>
Vlucht
>
Activeer
Ja
als de vraag
Mijn
weergegeven.
of
67