ComputerZender
FC - 16
Beschrijving van de functies in het mixprogramma
UNIVERSEEL
De samenstelling van de mixers in het programma UNIVERSEEL
is met name bedoeld voor het besturen van verschillende soorten
vliegtuigmodellen m.b.v. de FC-16. De beschrijving van de
verschillende mixfuncties vindt u in dezelfde volgorde als de
zender ze bij het "doorbladeren" aanbiedt.
Rolroer-differentiatie (Differential) DIFF
Om bij de uitslag van het rolroer het optredende negatieve rol
moment te compenseren, moet een rolroer-differentiatie
ingeprogrammeerd worden. Dit betekent, dat het rolroer, dat naar
boven uitslaat, de volle servo-uitslag' krijgt. Een uitslag van
maximaal 30-40 graden naar boven is voldoende. Het andere
rolroer moet een ongeveer half zo grote uitslag naar beneden
krijgen.
De grootte van de rolroer-uitslagen "naar boven" en van de uitslag
"naar beneden" kan met de functie DIFF apart worden ingesteld.
Voor elk rolroer moet wel een aparte servo gebruikt worden.
Aansluiten aan de ontvangeruitgangen 1 en 7.
De functie DIFF kan niet gelijktijdig met de functies FLPR of
ELEVON gebruikt worden; bij het activeren van FLAPERON of
ELEVON wordt DIFF automatisch uitgeschakeld.
Instelling:
Functie selecteren en activeren. Nu is automatisch 50%
differentiatie ingesteld. Voor de instelling en controle van de
differentiatie de CURSOR op "%" zetten, rolroer-stuurknuppel
helemaal naar links of rechts brengen. De uitslagen moeten zo
ingesteld zijn, dat het rolroer, dat naar boven wijst, de maximale
uitslag heeft.
Het rolroer dat naar beneden wijst, moet ongeveer 50% van de
maximale uitslag hebben (kan per model iets variëren). Is deze
uitslag precies tegenovergesteld, dan de CURSOR op "+" zetten,
met de MODE-toetsen de "+" veranderen in "-" (ompoling van de
mix richting).
Nu kan met "+" of "-" de mate van differentiatie aangegeven
worden.
Flaperon-mixer (welfkleppen-rolroer) Flaperon (rolr .-welfkl.)
FLPR
Deze mixer is ervoor bedoeld, om de rolroeren als welfkleppen
(flaperon) te kunnen gebruiken. De welfkleppen-functie wordt
normaal gesproken met de schuifregelaar van functie nr. 5
gestuurd. In de functie FLPR wordt daarbij de differentiatie van de
rolroeren ingesteld.
De uitslag van de rolroeren, die nu als flaps dienen en gestuurd
worden door de schuifregelaar kanaal 5, kan ingesteld worden
met de functie FLTR.
Aansluiten van de rolroer- resp. flaperon-servo's aan de
ontvanger-uitgangen 1 en 5. Functie nr. 7 is hierdoor vrijgekomen.
U heeft een extra schuifregelaar, best.nr.F1502 nodig, aansluiten
op contrastekker C5 van de zenderprint.
Met de optie "functiewissel" (FUNC) kan bovendien gekozen
worden of de functie met de schuifregelaar of met de
"gasknuppel" bediend wordt.
- 35 / 51 -
Samengesteld door: Model-Racing.nl