5
Druk op X/x om het album te
selecteren dat de MP3-audiotracks en
JPEG-afbeeldingen bevat die u wilt
afspelen.
6
Druk op H.
Er wordt een diavoorstelling met geluid
afgespeeld.
z Tips
• Als u MP3-audiotracks en JPEG-beeldbestanden
in één album wilt herhalen, herhaalt u dezelfde
MP3-audiotrack of hetzelfde album wanneer
"STAND (MP3, JPEG)" is ingesteld op "AUTO"
of "AUTO (BMG)". Zie "Herhaalde weergave
(Herhaaldelijk afspelen)" (pagina 35) als u de
track of het album wilt herhalen.
• Maximaal 200 albums worden herkend, ongeacht
de geselecteerde modus. Van elk album worden
maximaal 300 MP3-audiotracks herkend en 300
JPEG-beeldbestanden wanneer "AUTO" of
"AUTO (BMG)" is geselecteerd, 600 MP3-
audiotracks wanneer "GELUID (MP3)" is
geselecteerd en 600 JPEG-beeldbestanden
wanneer "BEELD (JPEG)" is geselecteerd.
Opmerkingen
• Als u een disc weergeeft met alleen MP3-
audiotracks erop en "STAND (MP3, JPEG)" is
ingesteld op "AUTO" of "AUTO (BMG)", kunt u
alleen naar MP3-audiotracks luisteren.
• Als u een disc weergeeft met alleen JPEG-
beeldbestanden erop, dan wordt het interne
achtergrondgeluid van de speler weergegeven als
"STAND (MP3, JPEG)" is ingesteld op "AUTO"
of "AUTO (BMG)".
• Als de weergave van een JPEG stopt tijdens de
weergave van een MP3-audiotrack, wordt de
weergave van de MP3-audiotrack voortgezet met
een achtergrondafbeelding.
• Als de weergave van de MP3-audiotrack stopt
tijdens de JPEG-weergave, wordt het interne
achtergrondgeluid van de speler gestart.
• Als u tegelijkertijd een groot MP3-bestand en een
grote JPEG-afbeelding weergeeft, kan het geluid
verspringen. U kunt het beste de MP3-bitsnelheid
instellen op 128 kbps of lager wanneer u het
bestand maakt. Als het geluid blijft verspringen,
moet u het formaat van de JPEG-afbeelding
verkleinen.
De snelheid instellen voor een
diavoorstelling (INTERVAL)
U kunt instellen hoe lang beelden worden
weergegeven.
1
Druk tweemaal op DISPLAY tijdens het
weergeven van een JPEG-afbeelding
of wanneer de speler in de stopstand
staat.
Het bedieningsmenu verschijnt.
2
Druk op X/x om
te selecteren. Druk op ENTER.
De opties voor "INTERVAL"
verschijnen.
3 (
12)
1(
4)
2 9 / 1 0 / 2 0 0 7
NORMAAL
NORMAAL
SNEL
LANGZAAM 1
LANGZAAM 2
3
Druk op X/x om een instelling te
kiezen.
De standaardinstelling is onderstreept.
• NORMAAL: Ingesteld op standaard
duur.
• SNEL: voor een duur die korter is dan
NORMAAL.
• LANGZAAM 1: voor een duur die
langer is dan NORMAAL.
• LANGZAAM 2: voor een duur die
langer is dan LANGZAAM 1.
4
Druk op ENTER.
Opmerkingen
• Met name het weergeven van progressieve JPEG-
bestanden of JPEG-bestanden van 3.000.000
pixels of meer duurt mogelijk langer. Hierdoor
lijkt het alsof de JPEG-bestanden langer worden
weergegeven dan u hebt ingesteld met de
betreffende optie.
• De duur van het interval is afhankelijk van de
instelling "JPEG-RESOLUTIE" onder
"SCHERMINSTELLING" (pagina 63).
(INTERVAL)
DATA CD
JPEG
,wordt vervolgd
55