5. Zet de standenschakelaar op 0. Om restwarmte af te voeren, blijft de regeneratieluchtventilator
draaien nadat het apparaat is uitgeschakeld. De ventilator draait door tot de temperatuur is gedaald
onder de vooraf ingestelde temperatuur of gedurende een vooraf ingestelde tijd. De standaard
temperatuurwaarde bedraagt 50 °C en de tijdwaarde bedraagt 30 s.
36
Bedrijf
190TNL–1067–J1408