Opmerking
● Er kunnen 5 dradenkruisen in een dradenkruisgroep worden geconfigureerd.
● Als de PIP-functie is ingeschakeld, kan het doel worden vergroot op de interface.
4.3 Het dradenkruis corrigeren
Door het dradenkruis te corrigeren, kunt u met hoge nauwkeurigheid op het doel richten door de
compensatie tussen het grote dradenkruis en het kleine dradenkruis te markeren.
Voordat u begint
Selecteer eerst een dradenkruisgroep.
Stappen
1. Houd de draaiknop ingedrukt in de weergavemodus om het menu te openen.
2. Draai aan de draaiknop om
instellen van het dradenkruis te openen.
3. Druk op de draaiknop om een dradenkruisnummer dat u wilt corrigeren, te selecteren.
4. Stel de afstand tot het doel in.
1) Draai de draaiknop om Afstand te selecteren.
2) Druk op de draaiknop om het nummer dat u wilt wijzigen, te selecteren.
3) Draai de draaiknop om het nummer te wijzigen.
5. (Optioneel) Draai aan de draaiknop om Bevriezen te selecteren en druk op de draaiknop om de
functie in te schakelen.
Opmerking
Wanneer u de bevriesfunctie inschakelt in het dradenkruis, kunt u de positie van de cursor op een
bevroren afbeelding aanpassen. Deze functie kan trillende beelden voorkomen.
Gebruiksaanwijzing Digitale nachtkijker
Afbeelding 4-2 PIP-effect in dradenkruismodus
te selecteren en druk op de draaiknop om de interface voor het
14