Vierde uitgave • Tweede druk
Instructies voor accu en
acculader
Houd u aan het volgende:
Gebruik geen externe acculader of hulpaccu.
Laad de accu's in een goed geventileerde
ruimte op.
Gebruik voor het laden de juiste AC-ingangs-
spanning, aangegeven op de acculader.
Gebruik alleen door Genie goedgekeurde accu's
en acculaders.
Bedien de machine niet terwijl de acculader
is aangesloten.
Accu's laden
Gebruik de motor (indien aanwezig) of
AC-acculader om accu's te laden.
Accu's laden met de motor
(Bi-Energy-modellen)
Als de motor draait, worden de accu's automatisch
geladen. Bij hoog stationair levert de motor
voldoende voeding voor laden en voor machine-
functies. Bij laag stationair maken de machine-
functies gebruik van accuvoeding.
Alle hef- en rijfuncties kunnen worden bediend
wanneer de motor draait.
De accuconditiemeter wordt gereset als de motor
gedurende 2 tot 3 minuten is uitgeschakeld.
Als de accu's worden geladen met de motor,
worden deze niet volledig geladen. Gebruik
regelmatig de AC-acculader om de accu's
volledig te laden.
Onderdeelnr. 114358DU
Z-45/25 DC • Z-45/25J DC • Z-45/25 Bi-Energy • Z-45/25J Bi-Energy
Bedieningsinstructies
Accu's laden met de AC-acculader
1 Zorg ervoor dat de accu's zijn aangesloten
voordat u de accu's laadt.
2 Open het accucompartiment. Het compartiment
dient de gehele laadcyclus open te blijven.
3 Verwijder de accu-ontluchtingsdoppen en
controleer het accuzuurniveau. Voeg zo nodig
net genoeg gedestilleerd water toe om de platen
te bedekken. Vul de accu's voordat de
laadcyclus begint niet te veel bij.
4 Plaats de accu-ontluchtingsdoppen terug.
5 Sluit de acculader aan op een geaarde
AC-stroomkring.
6 De lader schakelt automatisch uit als de
laadcyclus is voltooid.
7 Controleer het accuzuurniveau als de laadcyclus
is voltooid. Vul met gedestilleerd water bij tot
onder aan de vulbuis. Vul niet te veel bij.
Instructies voor vullen en laden
van droge accu's
1 Verwijder de accu-ontluchtingsdoppen en
verwijder de kunststof afdichting van de
accu- ontluchtingsopeningen permanent.
2 Vul elke cel met accuzuur (elektrolyt) totdat
het niveau hoog genoeg is om de platen
te bedekken.
Vul pas tot het maximum niveau bij als de
laadcyclus van de accu voltooid is. Te veel
bijvullen kan tot gevolg hebben dat het accuzuur
tijdens het laden overstroomt. Neutraliseer gemorst
accuzuur met zuiveringszout en water.
3 Plaats de accu-ontluchtingsdoppen.
4 Laad de accu.
5 Controleer het accuzuurniveau als de laadcyclus
is voltooid. Vul met gedestilleerd water bij tot
onder aan de vulbuis. Vul niet te veel bij.
www.duma-rent.com
Bedieningshandleiding
41