Inhoudsopgave
Advertenties
Indien zich een storing van de werking voordoet, zal de kaart ingrijpen en de opgetreden onregelmatigheid signaleren en, afhankelijk van het type alarm, met
verschillende modi handelen. De volgende alarmen kunnen zich voordoen:
Weergave display
ALARM SONDE WATER
ALARM HOT WATER
ALARM DRUK WATER
ALARM SONDE ROOKGASSEN
ALARM HOT ROOKGASSEN
ALARM VENTILATOR - DEFECT
ALARM GEEN ONTSTEKING
ALARM GEEN PELLETS
ALARM THERMISCHE BEVEILIGING / DEUR
ALARM GEEN DEPRESSIE
ALARM ENCODER SCHROEF
ALARM FOUT TRIAC SCHROEF
ALARM DEFECT REINIGING
ALARM DEFECT TURBULATOR
ALARM BLACK-OUT
Elke alarmsituatie veroorzaakt de onmiddellijke uitschakeling van de kachel.
De alarmstatus kan gereset worden met toets P4.
Veiligheidsthermostaat
In geval de veiligheidsthermostaat een watertemperatuur boven de grenswaarde detecteert, zal de thermostaat de
stroomtoevoer naar de schroef onderbreken (in serie geschakeld met de voeding van de thermostaat) en kan de
regelmodule tegelijkertijd, door middel van de klemmen AL1 in CN4, deze statuswijziging verwerven. Het bericht
ALARM THERMISCHE BEVEILIGING wordt weergegeven en het systeem wordt gestopt. Schroef de zwarte dop
achter op de kachel los en druk op de knop om het contact te resetten.
Alarm depressie
Dit alarm treedt op in geval van:
De schoorsteen voldoet niet aan de normen: de schoorsteen moet de door de fabrikant vereiste minimale waarde Pascal garanderen (zie TECHNISCHE
GEGEVENS), zowel bij minimaal als maximaal vermogen.
De schoorsteen of de inlaat van verbrandingslucht zijn verstopt.
Het deurtje van de verbrandingskamer en/of het luik van het pelletreservoir zijn open.
Overmatig vuil in de pijpenbundel: de as die zich heeft opgehoopt in de nabijheid van het vak van de aslade moet verwijderd worden.
Alarm defecte rookgasventilator
Wanneer de rookgasventilator defect raakt, zal de ketel stoppen en verschijnt het bericht ALARM FAN - FAIL.
Alarm black-out
Wanneer de elektriciteit gedurende een bepaalde tijd ontbreekt, zal de ketel bij het terugkeren van de netspanning het alarm BLACK-OUT activeren. Wacht op het
afkoelen van de ketel en schakel hem vervolgens weer in.
31
14. ALARMEN KETEL EV
N°
Oorzaak van het alarm
(AL C)
Sonde water defect of kortgesloten
(AL D)
Overschrijding maximale drempelwaarde water ketel
(AL E)
Te lage of te hoge waterdruk
(2)
Defect temperatuursonde rookgassen
(3)
Oververhitting rookgassen
(4)
Defecte rookgasventilator, functioneert niet
(5)
Mislukte ontsteking van het product
(6)
Uitschakeling vanwege gebrek aan pellets
(7)
Ingreep veiligheidsthermostaat of niet volledig gesloten deur
(8)
Activering depressiemeter
(AL G)
Defect encoder schroef
(AL B)
De schroef draait continu
(AL E)
Het reinigingsmechanisme van de vuurpot is geblokkeerd
(AL F)
De reiniging van de turbulatoren is geblokkeerd
(1)
Geen netspanning
Advertenties
Inhoudsopgave
