Inhoudsopgave
Advertenties
Bij het gebruik van coaxiale buizen zal de lucht al voorverwarmd worden en bijdragen aan een
verbeterde verbranding en lagere uitstoot in de atmosfeer.
Voorafgaand aan de installatie moeten de volgende aanwijzingen in acht worden genomen:
Bepaal de definitieve plaats voor de kachel en dan:
Zorg voor de verbinding met het rookkanaal voor het uitstoten van de rookgassen.
Zorg voor de toevoer van buitenlucht (verbrandingslucht).
Zorg voor de aansluiting op de elektriciteitsvoorziening en de aarding van het systeem.
Het elektrische systeem van de ruimte waar de kachel wordt geïnstalleerd moet worden
geaard, anders zouden er storingen van het bedieningspaneel kunnen plaatsvinden.
Plaats de kachel op de vloer, op een gunstige plek voor de aansluiting op het rookkanaal
en in de nabijheid van de inlaatopening van verbrandingslucht.
Het apparaat moet geïnstalleerd worden op een vloer met een voldoende draagvermogen.
Indien de bestaande bouw niet voldoet aan deze eis, moeten passende maatregelen
genomen worden (bv. plaat voor de verdeling van de belasting).
Alle structuren die bij blootstelling aan overmatige hitte vlam kunnen vatten, moeten tegen de hitte beschermd moeten. Vloeren van hout of ander ontvlambaar
materiaal moeten beschermd worden met niet-ontvlambaar materiaal (bijvoorbeeld: een 4 mm dikke metaalplaat of keramisch glas).
De installatie van het apparaat moet de eenvoudige toegang voor de reiniging van het apparaat zelf, de afvoerbuizen van de rookgassen en het rookkanaal
waarborgen.
Het apparaat is niet geschikt voor installatie op een gemeenschappelijk rookkanaal.
De kachel onttrekt tijdens de werking een hoeveelheid lucht aan de ruimte van installatie; deze ruimte moet derhalve beschikken over een inlaat van
buitenlucht, ter hoogte van de pijp aan de achterzijde van de kachel. De voor de afvoer van de rookgassen te gebruiken buizen moeten specifiek voor
pelletkachels zijn: vervaardigd in gelakt staal of roestvrij staal, diameter 8 cm, met geschikte pakkingen.
De inlaat van "verbrandingslucht" moet naar een buitenmuur leiden of naar wanden met aangrenzende kamers die beschikken over een toevoer van
buitenlucht en die niet gebruikt worden als slaapkamer of badkamer of ruimtes waar er sprake is van brandgevaar zoals schuren, garages, opslag van
brandbaar materiaal, enz. Deze luchtinlaten moeten zodanig worden uitgevoerd dat ze niet vanaf de binnen- of buitenkant belemmerd kunnen worden en
moeten beschermd worden met een rooster, metaalgaas of een andere geschikte bescherming die de minimale doorsnede echter niet mag verminderen.
Wanneer de kachel/ketel wordt geplaatst in omgevingen waar hij omringd wordt door brandbare materialen (bijvoorbeeld meubilair, houten bekledingen enz.)
moeten de volgende afstanden worden bewaard:
ONTVLAMBAAR
KACHEL HYDRO
ACHTERWAND P =
ZIJWAND L =
VLOER F =
VOORZIJDE R =
1500
Het is in ieder geval raadzaam om, naast het in acht nemen van de minimale afstanden, vuurvaste en hittebestendige isolatiepanelen te installeren (steenwol,
gasbeton, enz.).
Het aanbevolen type is:
Promasil 1000
Temperatuurklasse: 1000°C
Dichtheid: 245 kg/m
3
Krimp bij referentietemperatuur, 12 uur: 1,3/1000°C %
Koude compressieweerstand: 1,4 MPa
Buigweerstand: 0,5 MPa
Coëfficiënt thermische uitzetting: 5,4x10
De functionerende kachel/ketel kan in de ruimte van installatie een depressie veroorzaken. Daarom mogen er in dezelfde ruimte geen andere apparaten met
open vuur aanwezig zijn, met uitzondering van ketels van type c (luchtdicht).
Controleer de aanwezigheid van verbrandingslucht: deze moet worden onttrokken aan een vrije ruimte (geen ruimtes met afzuigventilatoren of zonder
ventilatie) of aan de buitenomgeving.
Installeer de kachel/ketel niet in slaap- of badkamers.
Pak de kachel/ketel uit: pas op het product bij het uitpakken niet te beschadigen.
Controleer de voeten van de kachel/ketel en stel ze zo af dat de kachel stabiel is.
Plaats de kachel/ketel zo dat de deur en eventuele luiken niet tegen de muren botsen.
Na de aansluiting van de kachel/ketel op de inlaat van verbrandingslucht moet het koppelstuk op de schoorsteen worden aangesloten
15
06. WAARSCHUWINGEN VOOR DE INSTALLATIE
NIET
ONTVLAMBAAR
KACHEL HYDRO
200
mm
ACHTERWAND P =
200
mm
ZIJWAND L =
30
mm
VLOER F =
mm
VOORZIJDE R =
-6
m/mK
KACHELS en KETELS
ONTVLAMBAAR
KETEL EV
100
mm
ACHTERWAND P =
100
mm
ZIJWAND L =
5
mm
VLOER F =
1000
mm
VOORZIJDE R =
Soortelijke warmte: 1,03 Kj/kgK
Thermische geleidbaarheid bij gemiddelde temperatuur:
200 °C 0,07 W/mK
400 °C 0,10 W/mK
600 °C 0,14 W/mK
800 °C 0,17 W/mK
Dikte: 40 mm
NIET
ONTVLAMBAAR
KETEL EV
200
mm
ACHTERWAND P =
200
mm
ZIJWAND L =
30
mm
VLOER F =
1500
mm
VOORZIJDE R =
100
mm
100
mm
5
mm
100
mm
Advertenties
Inhoudsopgave
