INSTALLATIEHANDLEIDING
4.3.1.1
Volledig luchtcircuit
De luchtingang en -uitgang zijn verbonden met de
buitenlucht.
- Horizontale afvoer:
1
- Verticale afvoer:
1
Verklaring
1
Buiten
2
Lokaal (verwarmd of niet)
∙ Zorg ervoor dat de hierboven schematisch getekende
luchtcircuitconfi guraties mogelijk zijn naar gelang de
beschikbare hoogte onder het plafond.
Deze confi guratie heeft de voorkeur omdat deze de kamer
niet afkoelt en de ventilatie van de ruimte niet verstoort. Dit
is geschikt voor kleine ruimtes (kelder, kast, enz.).
De hoogte onder het plafond moet ten minste 2 m zijn om
onderhoud op het apparaat mogelijk te maken.
∙ Om recirculatie te voorkomen, moet de afstand tussen de
openingen van het aanvoer- en het afvoerluchtcircuit ten
minste 0,50 m zijn.
- 12 -
4.3.1.2
De warmte wordt aangezogen uit de kamer, de koude lucht
wordt naar buiten geblazen.
1
2
Verklaring
1
Buiten
2
Lokaal (verwarmd of niet)
Door deze confi guratie kan de warmte van een ruimte
worden benut zonder de ruimte af te koelen.
Om een goede verdeling van de warmte mogelijk te maken,
is deze confi guratie alleen mogelijk in ruimtes met een
volume van meer dan 20 m
De hoogte onder het plafond moet ten minste 2 m zijn om
onderhoud op het apparaat mogelijk te maken.
Het apparaat voert een hoeveelheid lucht uit de ruimte af
2
die kan oplopen tot 450 m
∙ Voorkom dat er onderdruk in de ruimte ontstaat en hierdoor
lucht wordt aangezogen uit omliggende verwarmde kamers.
∙ Controleer of de bestaande ventilatie het door de
warmtepompboiler afgevoerde luchtvolume kan
compenseren.
∙ Als dit niet het geval is, vergroot dat de
ventilatieopeningen om de luchtdebieten in evenwicht
brengen.
4.3.2
De lucht wordt aangezogen uit en teruggeblazen in dezelfde
ruimte.
1
Verklaring
1
Buiten
2
Lokaal (verwarmd of niet)
Gedeeltelijk luchtcircuit
.
3
/u.
3
Installatie zonder luchtcircuit
0020211478_00 - 02/15 - Vaillant
2
2