4.2.6
Stroombegrenzing
Als het beschikbare vermogen op de AC-ingang beperkt is. De ChargeMaster kan worden geconfigureerd om de
ingangsstroom te beperken. Het stroombegrenzingsniveau moet gelijk zijn aan of lager zijn dan de waarde van de externe
zekeringautomaat die het inkomende AC-vermogen beschermt. Als het externe AC-vermogen bijvoorbeeld wordt beperkt door
een 6 A-zekering, moet het stroombegrenzingsniveau worden ingesteld op ≤ 6 A. De AC-ingangsstroom van de ChargeMaster
Plus wordt verlaagd tot 6 A.
Instellen van de DC-ingangsstroom in een MasterBus-netwerk
1. Open MasterAdjust.
2. Selecteer de ChargeMaster Plus.
3. Ga naar het tabblad Monitoring.
4. Voer in het veld Ingangsstroom de gewenste waarde in.
4.3
MasterShunt
In een MasterBus-netwerk kan een MasterShunt worden gekoppeld aan uitgang 1 (DC 1 OUT) van de ChargeMaster Plus. De
actuele meetgegevens van de MasterShunt worden gebruikt om de accu's te laden. Raadpleeg de handleiding van de
MasterShunt voor informatie over het configureren van uw systeem.
4.4
MLI Ultra
De ChargeMaster Plus kan worden gecombineerd met een MLI Ultra-lithiumionaccu. Raadpleeg de handleiding van de MLI
Ultra voor informatie over het configureren van uw systeem.
WAARSCHUWING!
Voordat u de lithiumionaccu gebruikt, moet deze op de juiste wijze worden geïnstalleerd en in gebruik worden
genomen.
ChargeMaster Plus 24/80-2, 24/110-2 – Gebruikers- en installatiehandleiding
17