ONDERHOUD
Neem de F3S-B pas in gebruik wanneer de volgende controles zijn uitgevoerd.
Doet men dit niet, dan kan dit ernstig letsel of zelfs de dood tot gevolg hebben.
Demonteer noch repareer de F3S-B, en breng er ook geen wijzigingen in aan.
Opm.:
1. Om veiligheidsredenen is het belangrijk de uitkomsten van controles te registreren en te bewaren.
2. U dient volkomen vertrouwd te zijn met de F3S-B en de machine alvorens controles te gaan uitvoeren.
3. Zorg ervoor dat alle werknemers beschikken over adequate richtlijnen voor het verrichten van
onderhoud en controles.
6-1 Dagelijkse controles
Controleer de volgende punten bij aanvang van de werkzaamheden of na een ploegenwisseling.
1. q
Geen binnendringingsbanen in een gevaarlijk deel van een machine behalve via de detectiezone
van de F3S-B.
2. q
De operator blijft te allen tijde met een deel van zijn/haar lichaam binnen de detectiezone van de
F3S-B wanneer hij/zij in de gevaarlijke zone werkt.
3. q
De werkelijke veiligheidsafstand is groter dan de berekende afstand.
4. q
Geen vuil of krassen op het optische oppervlak.
Laat de machine werken en controleer of het gevaarlijke deel stopt in de hierna volgende
omstandigheden.
5. q
Het gevaarlijke deel beweegt wanneer er zich niets in de detectiezone bevindt (normaal bedrijf).
6. q
Het gevaarlijke deel stopt binnen de berekende tijd wanneer de proefstaaf in de detectiezone
wordt gebracht direct vóór de zender, direct vóór de ontvanger en halverwege tussen de zender
en ontvanger.
7. q
Het gevaarlijke deel blijft gestopt zolang als de proefstaaf zich in de detectiezone bevindt.
8. q
Het gevaarlijke deel stopt wanneer de voeding van de F3S-B wordt uitgeschakeld.
6-2 Halfjaarlijkse controle
Controleer de volgende punten elk half jaar of wanneer er een machine-instelling wordt gewijzigd.
1. q
De machineconstructie vormt geen belemmering voor stop- en andere veiligheidsfuncties.
2. q
Er heeft geen wijziging aan de machine of aan de aansluiting plaatsgevonden die van nadelige
invloed zal zijn op het besturingssysteem.
3. q
De bedrading van de uitgangen van de F3S-B is correct aangesloten op de machine.
4. q
De werkelijke totaal gemeten responsietijd van de machine is korter dan de berekende
responsietijd.
5. q
Het stuurrelais en de connector verkeren in goede staat.
6. q
De beugels zijn stevig bevestigd.
6-3 Reinigen
Indien het oppervlak van de F3S-B extreem vuil is, dan stopt de F3S-B met het activeren van de
uitgangen. Reinig het oppervlak in dat geval met een schone zachte doek zonder druk uit te oefenen.
Gebruik geen oplosmiddelen zoals verfverdunners, benzeen of aceton voor het reinigen van de F3S-B
omdat deze middelen het lichtdoorlatende oppervlak beschadigen.
WAARSCHUWING
Sectie 6
33