HET PRINTERDRIVER-PROGRAMMA
OPENEN MET DE [START] KNOP
Volg onderstaande stappen om de instellingen voor de printerdriver te wijzigen. Instellingen die aldus zijn
aangepast, gelden als de standaardinstellingen wanneer u vanuit een toepassing print. (Als u de instellingen in het
instelscherm voor de printerdriver wijzigt wanneer u gaat printen, worden de standaardinstellingen weer van kracht
wanneer u de toepassing verlaat.)
Windows 2000/XP/Server 2003
1
Klik op [start] en kies vervolgens
[Configuratiescherm].
• Klik in Windows 2000 op de toets [Start] en
selecteer vervolgens [Instellingen].
• Klik in Windows Server 2003 op de toets [Start]
en selecteer vervolgens [Printers en
faxapparaten]. Ga verder met stap 3.
2
Klik [Printers en andere hardware] en
dan [Printers en faxapparaten].
Klik in Windows 2000 op [Printers].
3
Klik op het pictogram van de [SHARP
AR-XXXX] printerdriver en selecteer
[Eigenschappen] in het menu
[Bestand].
4
Klik op de toets
[Voorkeursinstellingen] in het tabblad
[Algemeen].
Het instelscherm voor de printerdriver verschijnt
nu.
☞INSTELLINGEN PRINTERDRIVER (pagina 7)
6
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
Windows 95/98/Me/NT 4.0
1
Klik op de toets [Start], selecteer
[Instellingen] en klik vervolgens op
[Printers].
2
Klik op het pictogram van de [SHARP
AR-XXXX] printerdriver en selecteer
[Eigenschappen] in het menu
[Bestand].
Open in Windows NT 4.0 het instelscherm
Opmerking
printerdriver door [Standinstellingen voor
document] te selecteren.
3
Klik in Windows 95/98/Me op het
tabblad [Instellen].
Het instelscherm voor de printerdriver verschijnt
nu.
☞INSTELLINGEN PRINTERDRIVER (pagina 7)