5.1.9
HeatRec LvgWTempSen - Storing sensor wateruitlaattemperatuur warmteterugwinning
Dit alarm wordt telkens gegenereerd wanneer de ingangsweerstand zich buiten een aanvaardbaar bereik bevindt.
Symptoom
Warmteterugwinning is Off
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
HeatRec LvgWTempSen
String in het logboek alarmen:
HeatRec LvgWTempSen
String in snapshot alarm
HeatRec LvgWTempSen
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
5.1.10
HeatRec FreezeAlm - Alarm vorstbeveiliging water warmteterugwinning
Dit alarm wordt gegenereerd om aan te geven dat de warmteterugwinningstemperatuur van het (ingaande of uitgaande)
water onder een veiligheidsgrens gedaald is. De regeling probeert de warmtewisselaar te beschermen door de pomp te
starten en het water te laten circuleren.
Symptoom
Status systeem is Off.
Alle circuits worden onmiddellijk gestopt.
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
HeatRec FreezeAlm
String in het logboek alarmen:
HeatRec FreezeAlm
String in snapshot alarm
HeatRec FreezeAlm
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
Option1BoardComm – Communicatiestoring optionele kaart 1
5.1.11
Dit alarm wordt gegenereerd in geval van communicatieproblemen met de AC-module.
Symptoom
Status systeem is Off.
Alle circuits worden onmiddellijk gestopt.
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
Option1BoardComm
String in het logboek alarmen:
Option1BoardComm
String in snapshot alarm
Option1BoardComm
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
Oorzaak
De sensor is defect.
Sensor is kortgesloten.
De sensor is niet goed aangesloten (open).
Oorzaak
Te laag waterdebiet.
De
inlaattemperatuur
warmteterugwinning is te laag.
Aflezing sensoren (ingaand of uitgaand)
zijn niet goed gekalibreerd
Oorzaak
De module wordt niet gevoed
Het adres van de module is niet goed
ingesteld
De module is defect
Oplossing
Controleer de intacte staat van de sensor
volgens de tabel en het toegestane kOhm
(k
) bereik.
Controleer de correcte werking van de
sensoren.
Controleer met een weerstandsmeter of de
sensor kortgesloten is.
Controleer dat er in de elektrische
contacten geen vocht of water aanwezig is.
Controleer of de elektrische aansluitingen
goed vast zitten.
Controleer of de bedrading van de
sensoren correct is, ook volgens het
schakelschema.
Oplossing
Verhoog het waterdebiet.
naar
de
Verhoog de inlaattemperatuur van het
water.
Controleer de watertemperaturen met een
geschikt instrument en pas de offsets aan
Oplossing
Controleer de stroomvoorziening van de
connector aan de zijkant van de module.
Controleer of de leds allebei groen zijn.
Controleer of de stekker stevig op de
zijkant van de module is aangebracht.
Controleer of het adres van de module
correct is, onder verwijzing naar het
schakelschema.
Controleer of de leds aan zijn en allebei
groen zijn. Als de led BSP rood brandt,
moet de module vervangen worden.
Controleer of de stroomvoorziening in orde
is, maar beide leds uit zijn. In dit geval
moet de module vervangen worden.
D-EOMHP01301-20_02NL - 43/62