De Invoerbeveiligingssensor (B3),
Uitvoerbeveiligingssensor (B4),
Omgekeerde invoerbeveiligingssensor
(B5) en Omgekeerde
uitvoerbeveilingingssensor (B13)
bevinden zich op de strip (A).
De Invoerbeveiligingssensor (B3) en
Uitvoerbeveiligingssensor (B4) worden
gebruikt voor rotatie in de ene richting.
De Omgekeerde
invoerbeveiligingssensor (B5) en de
Omgekeerde uitvoerbeveiligingssensor
(B13) worden gebruikt voor rotatie in de
andere richting.
De Rotatiedetectiesensor (B6) wordt gebruikt om rotatie in beide richtingen te detecteren.
4.3.3
Sensoren met encoder op tandwielmotor
Als de tandwielmotor is voorzien van een encoder, bevat de machine de volgende
sensoren:
De Referentiepositiesensor (B1) geeft
een signaal telkens als een leveller
passeert. Het signaal van de
Referentiepositiesensor (B1), in
combinatie met de encodersignalen van
de encoder (E2) op de tandwielmotor,
stelt de software in staat om de positie
van alle levellers continu te berekenen.
Gebaseerd op de positie van de leveller
berekent de software het invoertijdvak
(Beschr-Tijdvak productinvoer) en
uitvoertijdvak (4.2.2).
De Referentiepositiesensor (B1) bevindt zich aan de kant waar de invoerband bevestigd
is.
UM-Prorunner mk5-2.0-NL
Let op
Houd de tijd bij tussen de signalen van de Referentiepositiesensor (B1). Stop
en controleer de machine als het interval langer is dan verwacht.
A
E2
B1
Beschrijving
B6
25