Programmeerfuncties
Programmeren en opslaan
Programmeerfuncties activeert u met
de toetsen voor de bijkomende func-
ties en met de programmakiezer.
Deze bedieningselementen hebben
een verborgen functie. Die is niet op
het bedieningspaneel af te lezen.
Het programmeren verloopt in vier stap-
pen:
1. de programmeermodus kiezen
2. de programmeerfunctie kiezen
3. de programmeerfunctie activeren of
desactiveren
4. de programmeerfunctie opslaan.
1. Een programmeermodus kiezen
1
Het toestel is uitgeschakeld en de
toesteldeur dicht.
De programmakiezer staat op 'einde'.
2
Druk de toetsen voor de bijkomende
functies 'Inweken' en 'Voorwas' tege-
lijkertijd in. Hou die ingedrukt en ...
3
schakel het toestel in met de toets
'jk'.
4
Laat alle toetsen los.
In het display verschijnt:P 0.
34
2. Een programmeerfunctie kiezen
5
Draai de programmakiezer op een
van de volgende standen:
– voor de programmeerfunctie
P 1 hoge waterstand
op 'GEMENGD TEXTIEL'
– voor de programmeerfunctie
P 2 systeem 'extra water'
op 'Extra spoelbeurt'
– voor de programmeerfunctie
P 4 vakje i activeren
op 'Centrifugeren'
– voor de programmeerfunctie
P 9 behoedzaam ritme
op 'WOL 40 °C'
– voor de programmeerfunctie
P 10 sopafkoeling voor 'Wit en
Bont' activeren
op 'FIJNE WAS, koud'
– voor de programmeerfunctie
P 11 memory-functie
op 'FIJNE WAS, 30 °C'
6
In het display knippert nu afwisse-
lend de P en het getal van de pro-
grammeerfunctie.
Bv.: P... 10... P... 10.
Rechts ziet u ook nog een
0 =programmeerfunctie niet actief.
1 =programmeerfunctie wel actief.
Bei P 2 verschijnt rechts een 2 = optie
2 is actief.