Wasmiddel
U kan alle moderne wasmiddelen ge-
bruiken, die voor machinaal wassen
geschikt zijn. Zowel in de vorm van
poeder als van tabletten, vloeibaar, al
dan niet geconcentreerd.
Wollen breigoed en wolmengsels dient
u met een wolwasmiddel te wassen.
Hoe u het wasmiddel doseert, vindt u
terug op de verpakking. De dosering
hangt af van
– de hoeveelheid wasgoed
– de mate waarin het wasgoed vuil is
lichtjes vuil
Geen vuil of vlekken te bespeuren.
Misschien ruiken de kleren niet meer
zo fris.
normaal vuil
Er is vuil zichtbaar en/of enkele lichte
vlekken.
erg vuil
Het vuil en/of de vlekken zijn duide-
lijk waar te nemen.
– de waterhardheid
Indien u de waterhardheid niet kent,
kan u inlichtingen inwinnen bij uw
waterbedelingsmaatschappij.
Waterhardheid
Cate-
Water-
gorie
kwaliteit
I
zacht
II
gemiddeld 1,3 -2,5
III
hard
IV
zeer hard
Het is belangrijk juist te dose-
ren want, ...
...als u te weinig wasmiddel toevoegt,
– wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd grauw en hard,
– vormen er zich vetluizen op de was,
– gaat er zich kalk afzetten op de weer-
standen.
...als u te veel wasmiddel toevoegt,
– wordt er te veel schuim gevormd,
– vermindert het effect van de was-
bewegingen,
– is het reinigings-, centrifugeer- en
spoelresultaat slecht,
– stijgt het waterverbruik door de bijko-
mende spoelbeurt,
– wordt het milieu erger belast.
Wasmiddel
Hard-
°d of
heid in
Duitse
mmol
hard-
per liter
heid
0 - 1,3
0 - 7
7 - 14
2,5 - 3,8
14 - 21
+ 3,8
+ 21
°f of
Franse
hard-
heid
0 - 13
13 -25
25 - 38
+ 38
19