[800]-[802] 3.11
[800] Afdrukken inkomende gesprekslog /
Afdrukken uitgaande gesprekslog
Bepaalt van welke gesprekken een SMDR wordt afgedrukt.
8
X – Keuzenummer voor uitgaande gesprekken: 1 (Alle gesprekken) / 2 (Alleen restrictie-
gesprekken) / 3 (Niet afdrukken)
Y – Keuzenummer voor inkomende gesprekken: 1 (Alle gesprekken) / 2 (Niet afdrukken)
!
!
• Als u kiest voor "Alleen restrictie-gesprekken", zal het systeem alle gesprekken
afdrukken te beginnen vanaf de nummers die zijn opgeslagen in programmering [300]-
[304] "Invoer weiger-codetabel voor niveau 2 t/m 6".
S
TANDAARD
W
IJZIGEN
[801] SMDR-afdrukformaat
Wordt gebruikt om het papierformaat te kiezen waarop de SMDR-gegevens worden
afgedrukt. De paginalengte bepaalt het aantal lijnen per pagina. "Perforatie overslaan"
bepaalt het aantal lijnen dat aan het einde van iedere pagina moet worden overgeslagen.
8
• De paginalengte dient tenminste 4 regels langer te zijn dan de lengte die wordt
!
!
overgeslagen voor de perforatie.
• Het geprogrammeerde formaat wordt alleen geldig indien een seriële interface (RS-
232C) -kabel wordt aangesloten. Als er reeds een printer is aangesloten, haal diens
aansluiting dan los en sluit hem vervolgens weer aan. Doet u dit niet, dan blijft het
vorige formaat gelden.
S
TANDAARD
W
IJZIGEN
[802] Systeemgegevens afdrukken
Start of stopt het afdrukken van alle huidige geprogrammeerde gegevens.
8
X – Keuzenummer: 1 (Start) / 2 (Stop)
3-52
Systeemprogrammering
0
0
X
(1···3)
(1···2)
Paginalengte – Uitgaande gesprekken / Inkomende gesprekken – Niet afdrukken
Paginalengte –
Inkomende gesprekken –
0
1
paginalengte
(04···99)
Paginalengte – 66 regels / Perforatie overslaan – 0 regel
Paginalengte –
0
2
X
(1···2)
Programmeren van hulpbronnen
Y
Alle gesprekken
Alleen restrictie-gesprekken
Alle gesprekken
perforatie overslaan
(00···95)
regels / Perforatie overslaan –
Niet afdrukken
Niet afdrukken
regels