Kenmerk
De condenspot verliest
stoom.
Medium ontsnapt (lekkage). De aansluitingen zijn lek.
Neem contact op met de fabrikant, wanneer u
de storing niet aan de hand van deze
aanwijzingen kunt verhelpen.
Oorzaak
In het apparaat zijn afzettingen
aanwezig.
De regelunit is versleten.
Een afdichting aan de behuizing
is defect.
De behuizing is door corrosie of
erosie defect.
Het apparaat is door vorst
beschadigd.
Het apparaat is door waterslag
beschadigd.
Maatregel
Indien aanwezig, bedient u de hand-
beluchtingsinrichting.
Reinig het apparaat.
Vervang de regelunit.
Vervang de regelunit.
Dicht de aansluitingen, bijv. flens- of
schroefdraadaansluitingen af.
Vervang de defecte afdichting.
Controleer de mediumbestendigheid van
het materiaal.
Gebruik een condenspottype van
mediumbestendig materiaal.
Vervang het apparaat.
Waarborg, dat na het uitschakelen van
de installatie de condensaatleidingen en
de condenspot volledig worden geleegd.
Vervang het apparaat.
Neem voor uw toepassing passende
maatregelen om waterslag te voorkomen
door bijv. geschikte terugslagkleppen in
te bouwen.
21