De optionele hand-beluchtingsinrichting is bedoeld
voor het handmatig optillen van de vlotter. Daardoor
wordt het afsluitorgaan vrijgegeven en de vloeistof
afgevoerd.
Daardoor worden vreemde objecten uit het
apparaat verwijderd.
Draai voor het openen de hendel met de
kijkrichting naar het huis toe linksom.
Om de hand-beluchtingsinrichting te sluiten,
draait u de hendel met de kijkrichting op de
behuizing rechtsom.
Na gebruik
GEVAAR
Bij het lekken van medium is zeer ernstig
of dodelijk letsel door verbrandingen of
bevriezing of vergiftiging mogelijk.
Zorg er na alle werkzaamheden voor
dat de aansluitingen en ventielen dicht
zijn.
Zorg ervoor dat de afdichtingen aan
het apparaat intact zijn.
Gevaar
Bij apparaten die zijn ingezet in
gecontamineerde zones bestaat gevaar
van ernstig of dodelijk letsel door
schadelijke stoffen op het apparaat.
Laat werkzaamheden aan
verontreinigde apparaten uitsluitend
uitvoeren door vakpersoneel.
Draag bij werkzaamheden in
gecontamineerde zones de
voorgeschreven beschermende
kleding.
Zorg er voor dat het apparaat voor alle
werkzaamheden volledig is
gedecontamineerd.
Volg daarbij de aanwijzingen omtrent
de omgang met de betreffende
gevaarlijke stoffen.
Opgelet!
Vorstschade wanneer de installatie niet in
bedrijf is.
Maak het apparaat leeg bij
vorstgevaar.
Externe vervuiling verwijderen
Verwijder verontreinigingen met schoon water
en een pluisvrije doek van het apparaat.
Verwijder hardnekkig vuil met een voor het
materiaal geschikt reinigingsmiddel en een
pluisvrije doek.
Apparaat onderhouden
Voor werkzaamheden aan het apparaat heeft u de
volgende gereedschappen nodig:
Inbussleutel G8, DIN 911L
Schroevendraaier 5,5/125, DIN 5265
Center 120/10, DIN 7250
Hamer, 500 g, DIN 1041
Momentsleutel 20–120 Nm, DIN ISO 6789
Voor uit- en inbouwen van de optionele hand-
beluchtingsinrichting en het handbeluchtingsventiel
heeft u bovendien het volgende gereedschap nodig:
Ringsteeksleutel SW 17, DIN 3113 vorm B
Bij gebruik met verschillende condensaten
kunnen functiestoringen optreden. Dit zijn
in het bijzonder de volgende condensaten:
Sterk oliehoudende condensaat
Verharste condensaat
Uitkristalliseerbare condensaat
Condensaat met vaste stoffen
In deze gevallen moet u het apparaat
regelmatig op vervuiling controleren en
deze vervuiling verwijderen.
Om het vervuilen te verminderen, kunt u
voor het apparaat een bezinkvat opnemen.
De onderdelen in het apparaat hoeven normaal
gesproken niet te worden gereinigd.
13