Inhoudsopgave
Advertenties
7.0 DE RIJSNELHEID
De gatafstand D, fig. 6, in rijrichting wordt bepaald door de rijsnelheid. De VERTI-DRAIN heeft geen
kruipbak nodig. Als de klant echter een kleine gatafstand wenst, moet voldoende langzaam gereden
kunnen worden, wat afhankelijk is van de tractor.
De tandwielkast heeft drie posities te weten 1, 2 en 3. Hoe hoger het getal, hoe sneller de krukas draait.
De ingaande snelheid van de aftakas R mag maximaal 500 rpm bedragen. Als harde objecten
te verwachten zijn, moet deze snelheid verlaagd worden. Wanneer in de 3
gereden wordt, reduceer dan het aantal rpm's tot maximaal 400.
Met zwaardere pennen, andere toepassingen of bij maximale penhoek kunnen de penhouders
gaan zweven. Verlaag ook dan het toerental R, voordat de penhouders omhoog slaan. Wij
adviseren altijd 400 rpm's op de PTO te gebruiken.
In fig. 6 is een tabel getekend met de relatie tussen de rijsnelheid, de tandwielkast versnelling
en de gatafstand. Als de rijsnelheid van de tractor bij 500 omwentelingen op de aftakas
bekend is, kan de gatafstand worden bepaald voor de verschillende versnellingen.
@ Als de VERTI-DRAIN niet correct is gemonteerd achter de tractor, zie fig.1, kunnen verschillende
aftakas hoeken trillingen veroorzaken in de aandrijflijn van de machine. Deze trillingen kunnen de
machine en de gaten in de grond beschadigen.
@ Als het schakelen naar een andere versnelling moeilijk gaat, dient de krukas een beetje gedraaid te
worden. U kunt de "Combi-Tool" gebruiken voor het eenvoudig draaien van de krukas.
@ Als de aftakas incorrect is ingekort, of een andere tractor wordt gebruikt, kan de tandwielkast extra
belast worden. Beschadiging kan ontstaan.
* Als de tandwielkast wordt geschakeld, dient de tractor motor uitgezet te zijn.
.
de
versnelling
14
Advertenties
Inhoudsopgave
