Netwerkprinter selecteren
U kunt afdrukken of scannen met een netwerkprinter die is aangesloten op een lokaal of extern subnet.
1
Open de toepassing die u wilt gebruiken. U kunt het gedeelte voor netwerkselectie op twee manieren weergeven:
Toepassing
Lexmark Configuratie-assistent (tijdens installatie)
Takencentrum
Het gedeelte voor netwerkselectie verschijnt.
2
Selecteer een printer in het lokale subnet of op een extern subnet.
•
De toepassing zoekt naar ondersteunde printers in het netwerk of printers die zijn aangesloten op de
computer.
•
Als u een bepaalde printer wilt selecteren op een extern subnet, voert u in het vak Zoeken op IP-adres het
IP-adres van de afdrukserver in waarop de printer is aangesloten en drukt u op return. Als u het IP-adres
van de afdrukserver niet kent, neemt u contact op met de persoon die het netwerk heeft opgezet.
•
Als u een extern subnet wilt doorzoeken op ondersteunde printers, voert u in het vak Zoeken op IP-adres
een IP-adres in dat hoort bij dat subnet en geeft u het subnetmasker op in CIDR-notatie, en drukt u op
return. Als u het IP-adres van de afdrukserver niet kent, neemt u contact op met de persoon die het netwerk
heeft opgezet.
3
Selecteer in de lijst met printers de naam van de printer die u wilt gebruiken.
4
Klik op Selecteren.
Zoeken naar een printer en afdrukserver op externe subnetten
De cd met printersoftware kunt u gebruiken om automatisch te zoeken naar printers die zich op hetzelfde netwerk
bevinden als de computer. Als de printer en afdrukserver zich op een ander netwerk (subnet genoemd) bevinden,
moet u het IP-adres handmatig opgeven tijdens de installatie van de printersoftware.
Draadloze netwerkverbinding gebruiken
Deze printer bevat een interne, draadloze afdrukserver waarmee de printer kan worden gebruikt op een draadloos
netwerk. U hebt wellicht de volgende instellingen van uw huidige draadloze netwerk nodig om de printer te
configureren voor gebruik op het netwerk:
•
De netwerknaam ook wel SSID genoemd
•
Het type beveiliging dat wordt gebruikt op het netwerk (WEP, WPA, WPA2)
Procedure
a
Installeer de printersoftware. Zie voor meer informatie
"Printersoftware installeren" op pagina 84.
b
Wanneer het venster Printer selecteren wordt
weergegeven, selecteert u Externe printer in de
keuzelijst.
a
Kies Bureaublad in de Finder en dubbelklik op de map
Lexmark 4800 Series .
b
Dubbelklik op het pictogram Lexmark 4800 Series
Takencentrum .
c
Selecteer in het menu de opties
Geavanceerd
Het dialoogvenster Netwerktoegang voor scannen
wordt weergegeven.
d
Klik op +.
Printer op het netwerk aansluiten
13
Netwerktoegang voor scannen.