❒ Nadat u een map heeft opgege-
ven als doorzendbestemming
kunt u een bestandsindeling in-
stellen voor doorzenden. Zie
Pag.179 "Gebruikersparame-
ters" (switch 21, bit 3).
❒ Als u een bestemming ver-
wijdert in de bestemmingsta-
b e l d i e i s i n g e s t e l d a l s
doorzendbestemming dan
worden de instellingen van
de doorzendbestemming
verwijderd en moeten deze
opnieuw worden geregis-
treerd. Als de bestemming is
gewijzigd, wordt een docu-
ment naar de nieuwe be-
stemming verzonden. Als er
geen bestemming van het op-
gegeven type is, kunt u in-
stellen welke bestemming als
alternatieve bestemming
moet worden gebruikt. Zie
Pag.179 "Gebruikersparame-
ters" (switch 32, bit 0).
D Druk op [OK].
E Druk op [OK].
Opmerking
❒ Nadat u stap
voerd, stelt u "Doorzenden"
bij "Ontvangstinstell." in op
"Aan". Zie Pag.157 "Ont-
vangstinstellingen".
K
heeft uitge-
De beheerdersinstellingen gebruiken
Aantal afdrukken
ontvangstbestand
A Selecteer [Aantal af te drukken
ontv.bestanden].
B Druk op [Aantal sets].
Opmerking
❒ Als u [Gelijk aan basisinstell.]
selecteert, heeft dit dezelfde
instelling tot gevolg als voor
"Aantal afdruk. RX-best."
onder "Ontvangstinstell.".
Zie Pag.157 "Ontvangstin-
stellingen".
C Voer met de cijfertoetsen de af-
drukkwaliteit in en druk ver-
volgens op [OK].
Opmerking
❒ Wanneer u zich vergist,
drukt u op de toets [Wissen]
of op {Wis/Stop} voordat u op
[OK] drukt en probeert u het
opnieuw.
9
191