Fax via de computer
Een bestemming opgeven via het
adresboek
Om deze methode te gebruiken,
moet u bestemmingen via het
adresboek registreren in de adres-
lijst. Zie Pag.116 "Adresboek".
A Klik op het tabblad [Adres-
boek].
Het tabblad [Adresboek] wordt
weergegeven.
B Selecteer in het vervolgkeuze-
menu een CSV-bestand met de
gewenste bestemmingslijst.
Opmerking
❒ De drie laatst gebruikte be-
standen verschijnen in het
vervolgkeuzemenu. Om een
niet weergegeven bestem-
6
mingslijst te gebruiken, klikt
u op [Bladeren...] en selecteert
u het bestand.
C Selecteer [Contactpersoon] of
[Groep] als displayformaat in
het vervolgkeuzemenu [Naam:].
Opmerking
❒ De inhoud van de bestem-
mingslijst wordt als volgt ge-
wijzigd, afhankelijk van de
geselecteerde optie:
• Contact: naam van per-
soon, bedrijfsnaam, afde-
lingsnaam, faxnummer
• Groep: Groepsnaam
❒ Als u [Groep] heeft geselec-
teerd in het vervolgkeuzeme-
nu [Naam:], gaat u verder met
stap E.
D Selecteer het faxtype in het ver-
volgkeuzemenu [Type:].
120
Opmerking
❒ Selecteer het faxtype als
volgt:
• Verzonden door een stan-
daardfax: [Fax]
• Verzonden door een Inter-
netfax: [E-mail]
• Verzonden door een IP-
fax: [IP-Fax]
❒ Als u [Groep] heeft geselec-
teerd in het vervolgkeuzeme-
n u [ N a a m : ] , k u n t u h e t
faxtype niet selecteren. Ga
verder met stap E.
E Klik op de bestemming in de
bestemmingslijst om deze te
markeren en klik vervolgens
op [Als bestemming instellen].
De ingevoerde bestemming
wordt toegevoegd en wordt
weergegeven bij [Lijst van be-
stemmingen:].
Opmerking
❒ Wanneer u een ingevoerde
bestemming wilt verwijde-
ren, klikt u op de bestem-
ming en vervolgens op [Van
lijst verwijderen].
F Wanneer u meer bestemmin-
gen wilt opgeven, herhaalt u
stap B en E.