Wijzigen van de instellingen van het P-touch-labelapparaat
6 International Character Set (Internationale tekenset)
Lijst met tekensets voor specifieke landen.
Mogelijke instellingen: [United States] (Verenigde Staten), [France] (Frankrijk), [Germany] (Duitsland),
[Britain] (Groot-Brittannië), [Denmark] (Denemarken), [Sweden] (Zweden), [Italy] (Italië), [Spain] (Spanje),
[Japan], [Norway] (Noorwegen), [Denmark II] (Denemarken II), [Spain II] (Spanje II), [Latin America]
(Zuid- en Midden-Amerika), [Korea], [Legal]
De volgende 12 codes worden ingeschakeld, afhankelijk van het in de lijst hiervoor geselecteerde land:
23h 24h 40h 5Bh 5Ch 5Dh 5Eh 60h 7Bh 7Ch 7Dh 7Eh
Raadpleeg de P-touch Template Manual/Raster Command Reference (Handleiding P-touch Template/
Rastercommandolijst) (die u kunt downloaden vanaf de website Brother Solutions Center) voor een
overzicht van de tekens die kunnen worden omgeschakeld.
7 Command Prefix Character (Opdrachtprefixteken)
Het prefix-teken is een code waaraan opdrachten in P-touch Template-modus worden herkend.
8 Non-Printed Character (Niet-afdrukbare tekens)
De tekens die u hier opgeeft, worden niet afgedrukt bij de ontvangst van gegevens. Geef 1 tot 20 tekens op.
9 Available Return Code (Beschikbare regelomslagcode)
De code voor een regelomslag wordt gebruikt bij de invoer van gegevens om aan te geven dat wat volgt
in een tekstobject op een nieuwe regel moet worden afgedrukt. U kunt een van de volgende vier
regelomslagcodes selecteren, of zelf 1 tot 20 tekens opgeven als regelomslagcode.
Mogelijke instellingen: [^CR], [\0D\0A], [\0A], [\0D]
10 Number of Copies (Aantal exemplaren)
Het aantal af te drukken exemplaren opgeven. U kunt een waarde tussen 1 en 99 opgeven.
11 Cut option (Snij-optie)
Opgeven of de labels automatisch moeten worden afgesneden en hoeveel labels moeten worden
afgedrukt voordat ze worden afgesneden. U kunt een waarde tussen 1 en 99 opgeven.
U kunt ook andere snij-opties selecteren.
12 Communication Settings (Communicatie-instellingen)
Opgeven van de communicatie-instellingen.
13 Set (Instellen)
De instellingen naar het apparaat sturen.
Selecteer [Save in Command File] (Opslaan in opdrachtbestand) in de vervolgkeuzelijst om de opgegeven
instellingen op te slaan in een opdrachtbestand. U kunt het opgeslagen opdrachtbestand gebruiken in de
modus massaopslag om instellingen toe te passen op een apparaat. (Zie Modus Massaopslag
op pagina 82.)
14 Cancel (Annuleren)
De instellingen worden geannuleerd en het dialoogvenster wordt gesloten. De instellingen blijven
ongewijzigd.
15 Default (Standaard)
Terugzetten naar fabrieksinstellingen.
5
57