ONDERHOUD
8.3.5 Compacte thermomodule monteren
• Vervang de afdichtingen (1) en (3) in de branderdeur
(zie afb. 8.4).
H
Gevaar!
Gevaar voor verbranding en beschadiging door
uitstromende hete rookgassen! De beide afdich-
tingen (1) en (2) en de zelfborgende moeren op
de branderdeur moeten telkens wanneer de
branderdeur wordt geopend, worden vervangen
(b.v. bij onderhouds- en servicewerkzaamhe-
den). Wanneer de isolatielaag op de branderdeur
tekenen van beschadiging vertoont, moet deze
eveneens worden vervangen.
• Plaats de compacte thermomodule (2, afb. 8.2) in de
integrale condensatiewarmtewisselaar (1, afb. 8.2).
• Draai de vijf moeren (7, afb. 8.2) incl. houder voor de
luchtaanzuigbuis overkruis vast tot de branderdeur
gelijkmatig tegen de aanslagvlakken ligt.
• Bevestig de ontstekingskabel (5, afb. 8.2) en de aard-
leiding (6, afb. 8.2).
• Bevestig de kabels (3, afb. 8.2) aan de ventilatormotor
en de kabel (4, afb. 8.2) aan het gasblok.
• Sluit de gastoevoerleiding met een nieuwe afdichting
op het gasblok aan. Gebruik daarbij het sleutelvlak op
de flexibele gasleiding om de leiding tegen te houden.
a
Attentie!
Open de gaskraan en controleer het toestel met
lekzoekspray op gaslekkages. Controleer vooral
de schroefverbinding (1).
1
Afb. 8.5 Op gaslekkage controleren
• Controleer of de blauwe afdichtingsring in de lucht-
aanzuigbuis goed in de uitsparing zit.
• Bevestig de luchtaanzuigbuis op de aanzuigstomp en be-
vestig de buis met de bevestigingsschroef (2, afb. 8.1).
- 34 -
8.4
Condenswatersifon reinigen
Afb. 8.6 Condenswatersifon reinigen
d
Gevaar!
Als het toestel wordt gebruikt met lege condens-
watersifon, bestaat het gevaar van vergiftiging
door naar buiten stromende rookgassen. Vul
daarom na iedere reiniging de sifon opnieuw bij.
• Schroef het onderstuk (1) van de condenswatersifon
af.
• Reinig de sifonbeker door deze met water af te spoe-
len.
• Vul daarna het onderstuk voor ca. 3/4 met water.
• Schroef het onderstuk weer aan de condenswatersi-
fon.
1
0020076206_03 - 10/09 - AWB